In de Troonrede van koning Willem-Alexander was een grote rol weggelegd voor een brief van een 18-jarige student. De koning sprak over de onzekerheid van jongeren op het gebied van opleiding, wonen en werk.
De Troonrede stond dit jaar – hoe kan het ook anders? – in het teken van de coronacrisis. De koning begon zijn toespraak met een terugblik op de Nationale Dodenherdenking, waarbij zo weinig mensen op de Dam in Amsterdam mochten staan. De stilte was oorverdovender dan anders, zei hij.
Hij dankte iedereen die de coronacrisis het hoofd bood, zoals verpleegkundigen, schoonmakers en handhavers, en zijn medeleven ging uit naar de slachtoffers en nabestaanden. Maar de crisis heeft op iedereen een grote impact, onderstreepte hij.
Sleutelmomenten
“Een 94-jarige veteraan maakte veel los met een ingezonden brief waarin hij de jongeren van Nederland opriep vol te houden en solidair te zijn met zijn generatie”, zei de koning. “Een 18-jarige student schreef hem terug hoe dankbaar hij was voor de vrijheid en alle mogelijkheden waarmee hij en zijn leeftijdgenoten opgroeien. Maar hij schreef ook hoezeer zij die vrijheid nu missen, hoe zij sleutelmomenten in het leven zomaar zien passeren en hoe extra onzeker de toekomst door de coronacrisis voelt.”
Er is onzekerheid op het gebied van opleiding, wonen en werk, vatte koning Willem-Alexander de brief samen, en dan hebben we ook nog te maken met klimaatverandering. “Deze brief raakt de kern van Prinsjesdag, want perspectief voor de toekomst begint altijd in het hier-en-nu. Dat is de spiegel die de volwassenen van morgen voorhouden aan de volwassenen van vandaag.”
Vliegende start
Daarna begon hij aan de gebruikelijke opsomming van maatregelen. De regering wil bijvoorbeeld “een vliegende start” maken met het Nationaal Groeifonds. Met het fonds wil het kabinet investeren in kennisontwikkeling, innovatie en infrastructuur. Voor de komende vijf jaar is 20 miljard euro beschikbaar.
Ook racisme en kansenongelijkheid kwamen even aan de orde. “Een wezenlijke bedreiging voor de kwaliteit van de rechtsstaat is dat in ons land iemands huidskleur of naam nog te vaak bepalend is voor zijn of haar kansen”, zei het staatshoofd.
Toekomst
“De opdracht in het parlementaire jaar dat vandaag begint, is over deze crisis heen de toekomst te blijven zien en te blijven werken aan perspectief voor alle generaties”, was het slotwoord van de koning.
Hij schrijft deze toespraak overigens niet zelf. Dat doet het kabinet voor hem. Of de opmerkingen over de Nationale Dodenherdenking wel van zijn hand zijn, is niet bekend.
Brieven
De brief van de genoemde veteraan (“Ik ben 94 jaar, maar ik reken op jullie”) stond in het AD. Op die brief kwamen veel reacties en ook minister De Jonge van Volksgezondheid deelde hem op sociale media.
Het antwoord van de 18-jarige student staat hier. “We kunnen geen goed onderwijs meer volgen, maar we moeten natuurlijk wel het volledige collegegeld betalen en ons daarvoor in de schulden steken”, staat er ook in.