Een splitsing van de VU en het VUmc – thans verenigd in de Stichting VU-VUmc – heeft geen gevolgen voor de financiering van de VU. Die is namelijk gebaseerd op de financiële situatie van de VU alleen.
Dat zei college van bestuursvoorzitter Jaap Winter vorig week tijdens de gezamenlijke vergadering van het college met de ondernemingsraad en de universitaire studentenraad. “Technisch en juridisch is een splitsing erg ingewikkeld, maar dat is voor mij wel leuk”, zei de jurist Winter, die inderdaad met smaak de details begon uiteen te zetten.
Overdrachtsbelasting
VUmc wil fuseren met het Amc en is alvast een alliantie met het ziekenhuis aangegaan. Daarom wil het van de VU af. “De splitsing is vooral gewenst door het VUmc”, aldus Winter. Dat betekent dat de VU niet meer kosten voor haar rekening te nemen “dan we zelf gerechtvaardigd vinden.”
Volgens Winter moeten bepaalde kosten worden terugverdiend door de partij die het meeste voordeel heeft van de splitsing. VUmc dus.
Geneeskundestudenten
De banken met wie de VU een relatie heeft, onder meer de Europese Investeringsbank, hebben al laten weten geen problemen te hebben met de splitsing.
Wel moet de verhouding met de geneeskundige faculteit worden geregeld. “Het diploma dat geneeskundestudenten zullen krijgen, blijft een VU-diploma”, zegt Winter. “Wij moeten de verantwoordelijkheid blijven kunnen nemen voor de kwaliteit van het diploma.” Maar het geld dat de VU per student van staatswege krijgt, gaat naar het VUmc.
Betere verdeling
Het zorgaanbod zal er door de samenwerking tussen VUmc en Amc alleen maar op vooruitgaan, volgens Winter. “Er zal een betere verdeling van de activiteiten mogelijk zijn.” Ook het onderzoek profiteert ervan. Sommige projecten van het Amc zullen waarschijnlijk naar de VU-campus verhuizen.