Een substantiële minderheid van de onderzoekers, docenten en studenten aan de Nederlandse universiteiten censureert zichzelf, blijkt uit een recent onderzoek in opdracht van de onderwijsminister. Een van de redenen die de ondervraagden gaven, was de ophef in de media over onwelgevallige onderzoeksresultaten en de daarop volgende verwensingen en bedreigingen.
De mediarel rond VU-docent Younes Saramifar is een goed voorbeeld van zulke ophef. Saramifar had zijn studenten in de digitale leeromgeving Canvas gewaarschuwd dat studenten die moeite hadden met zijn standpunten, onder meer over Israël, beter niet naar zijn colleges konden komen.
Algemeen Dagblad berichtte dat Saramifar was berispt en onder curatele stond, waarna niet alleen hij werd bedreigd, maar ook het VU-bestuur de wind van voren kreeg, omdat dat Saramifar voor de leeuwen zou hebben gegooid.
Maar Saramifar was niet berispt en stond ook niet onder curatele, zei rector Jeroen Geurts tegen Ad Valvas. Iemand had een “melding” gedaan van Saramifars tekst op Canvas en Geurts had de melder per mail laten weten dat Saramifars tekst, een ‘trigger-warning’ noemt Saramifar die zelf, niet paste bij de open en diverse houding van de VU, waar iedereen zich welkom moet voelen.
Officiële berisping
De mail werd nogal creatief geïnterpreteerd door het AD, dat suggereerde dat Saramifar door de VU keihard was aangepakt. De indruk werd gewekt dat het om een officiële berisping van de rector aan Saramifar ging in plaats van een bericht aan de melder. Bovendien werd een commentaar van de VU-voorlichter zodanig in het artikel verwerkt dat het leek alsof ze de beweringen over de straf en het onder curatele stellen, bevestigde. Ten slotte werd er iemand van de Israëlische lobby-organisatie Cidi opgevoerd om Saramifar ervan langs te geven.
Dat wekte verontwaardiging bij zowel veel AD-lezers als bij collega’s en studenten van Saramifar die zich afvroegen hoe veilig VU-werknemers eigenlijk zijn als die de toorn van de media hebben gewekt. Geurts zegt dat hem er alles aan is gelegen om van de VU een plek te maken waar iedereen het op respectvolle wijze hevig met elkaar oneens kan zijn.
Holocaust-lezingen
De VU is niet de enige onderwijsinstelling die zich mag verheugen in de extra warme belangstelling van media en politiek, meestal vanwege incidenten die te maken hebben met de oorlog in Gaza.
Zo stak er meteen na het gedoe rond Saramifar een storm van verontwaardiging op over de Hogeschool Utrecht, die volgens De Telegraaf een reeks ‘Holocaust-lezingen’ had uitgesteld om alles in breder perspectief te plaatsen en recht te doen aan de ‘huidige dynamiek.’ Ook nu bleek een en ander weer anders in elkaar te steken dan De Telegraaf beweerde, maar het publiek was weer boos, politici hadden weer verontwaardigd geroeptoeterd en het aanzien van de hogeschool was beschadigd.
Uit angst voor reputatieschade reageren universiteiten nogal eens onhandig en verkrampt
Aan Universiteit Leiden doceert iemand die tien jaar geleden, toen hij nog promovendus was, tijdens een demonstratie in Engeland riep dat er een bom op Tel Aviv moest. Daar zijn videobeelden van. Voormalig PvdA-politicus Rob Oudkerk ging voor een documentaire voor de EO verhaal halen bij rector Hester Bijl, bewerend dat de docent aan de universiteit doceert over Israël en “tegelijkertijd” oproept tot een bom op Tel Aviv. Bijl liet voor de EO-camera weten als werkgever niks over individuele werknemers te kunnen zeggen. Oudkerk bleef aandringen en bevestigde daarbij tegen een voorlichter van de Leidse universiteit dat het hem te doen is om een “kruistocht” in plaats van een zoektocht.
En daarmee staat ook rector Bijl bloot aan de toorn van een boze meute op de sociale media.
Robuuste interpretaties
Het verschijnsel is niet nieuw. Onderwijsinstellingen worden al jaren in het nauw gedreven door tendentieuze berichtgeving in de media, niet zelden met gemanipuleerde feiten en nogal robuuste interpretaties van bepaalde acties en citaten.
Aan de VU komen in herinnering onder meer de ophef rond een islamitische gebedsruimte in 2014, dat begon met een bericht op GeenStijl, waarna De Telegraaf en Elsevier het vuur van de verontwaardiging hoog opstookten. Toen later de uitbreiding van die gebedsruimte werd besproken, was er weer veel negatieve aandacht voor. Een bericht in 2017 over gescheiden ingangen voor mannen en vrouwen in die gebedsruimte leidde tot de bewering, in de Volkskrant, dat de VU gescheiden ingangen had.
Dat was allemaal begonnen met een reportage over jonge moslims aan de VU in Nieuwsuur, waarover iedereen iets te zeggen had. Geert Wilders tweette een foto waaruit zou blijken dat de mannelijke en de vrouwelijke leden van een islamitische studentenvereniging op bijeenkomsten van de vereniging gescheiden van elkaar zouden zitten. Nadere bestudering van die foto leerde dat dit onzin was, maar daarnaar luisterde toen al bijna niemand meer.
In het geval van de gebedsruimte hield de VU de rug steeds recht. Maar toen er ophef over de islamitische studentenvereniging werd gemaakt, liet de VU weten dat seksescheiding op de campus verboden was en dat als de vereniging daaraan hechtte, ze haar bijeenkomsten elders moest houden. De moslims aan de VU waren sowieso geregeld aanleiding voor een mediarel. Elke bijeenkomst, elke islamitische gastspreker werd door bloggers en vooral rechtse media uitgebreid doorgelicht en afgekeurd in een opzichtige poging de VU zover te krijgen om in te grijpen.
Gaza-debat
Met het zogeheten Gaza-debat gaat het net zo. Internationale socialisten en de Studenten voor Rechtvaardigheid in Palestina probeerden de afgelopen jaren nogal eens een bijeenkomst over het Israëlische Palestijnenbeleid te organiseren op de campus, die keer op keer werd verboden na de ophef van bloggers en media hierover. Een Gaza-debat met een omstreden, voor terrorisme veroordeelde Palestijnse spreker in de ontmoetingsplek De Verrekijker, gevestigd in een door studenten gekraakte ruimte in het Wis- en Natuurkundegebouw, betekende in 2018 na een mediarel daarover het onmiddellijke einde van De Verrekijker, dat tot dat moment jaren door de VU was gedoogd.
Rector Geurts: ‘De VU moet een plek zijn waarop iedereen het op respectvolle wijze hevig met elkaar oneens mag zijn’
Pikant is dat de verontwaardiging die steeds opsteekt als studenten en docenten een Gaza-debat op gang proberen te krijgen, of de Holocaust meer in de context van deze tijd willen bespreken, uit precies die hoek komt: die van de islamofobe bloggers, conservatieve media en rechtse politici, die ook hard klagen over de bedreiging van de academische vrijheid die woke zou zijn. En in precies die bewoordingen die altijd als typisch woke worden gekwalificeerd. Dan brengen ze docenten en studenten in stelling die zeggen “zich onveilig” te voelen bij een protest tegen Israëlisch geweld of bij een Gaza-debat.
Niet alleen de VU, maar ook andere universiteiten zijn huiverig voor een Gaza-debat op de campus, uit angst dat dit tot ongeregeldheden leidt. Daaruit spreekt, zei hoogleraar Pepijn Brandon erover tegen Ad Valvas: ‘een onvoorstelbaar wantrouwen jegens de eigen studenten en medewerkers. Blijkbaar denken de universiteiten dat ze vol zitten met Hamas-aanhangers, en al die tijd hebben ze daar niks van gemerkt?’
Linkse wetenschap
Het rapport over zelfcensuur is het resultaat van jarenlange klachten over “linkse wetenschap” in pers en politiek. Het begon in 2017 met een motie van VVD-Kamerlid Pieter Duisenberg, later voorzitter van de universiteitenkoepel VSNU (nu UNL), om de KNAW te vragen om onderzoek te doen naar zelfcensuur in de wetenschap, en of politieke overtuigingen meningen de “vrije wetenschap” in de weg stonden.
Over linkse wetenschap gaat het in de motie niet, maar in zijn onderbouwing ervan op de rechtse website The Post Online schreef Duisenberg over ‘linkse tirades’ en haalde hij PVV-Kamerlid Martin Bosma, de huidige Kamervoorzitter, aan als voorbeeld van een wetenschapper die geen promotieplaats kon krijgen vanwege zijn rechtse opvattingen.
De KNAW concludeerde dat er geen aanleiding was voor een onderzoek naar zelfcensuur, maar op aandringen van de Tweede Kamer liet minister Robbert Dijkgraaf alsnog dat onderzoek doen.
Dit na jaren van opiniestukken over woke, waarin steeds voorbeelden worden aangehaald van uit de hand gelopen politieke correctheid aan Amerikaanse universiteiten, soms aangevuld met voorbeelden van Nederlandse docenten die door studenten werden aangesproken op bijvoorbeeld het gebruik van het n-woord.
Veel erger dan dat soort voorvalletjes wordt het zelden, maar toch zei de VVD-partijleider Dilan Yesilgöz ruim een jaar geleden dat woke een minstens zo grote bedreiging is als extreemrechts. Woke komt volgens haar neer op “mensen die vinden dat zij mogen bepalen welke informatie of mening juist is en wat niet juist is. Of wat kwetsend en wat niet kwetsend is.”
Kwetsend en niet kwetsend
Maar ook Yesilgöz bemoeit zich met de inhoud van de colleges. Naar aanleiding van de ophef rond Hogeschool Utrecht tweette ze bijvoorbeeld verontwaardigd dat wie vraagt ‘om een diverse en gebalanceerde dialoog over Jodenvervolging’ een ‘geschiedenisles nodig heeft’.
Het heeft er dus alle schijn van dat de critici van woke er niet per se problemen mee hebben als er voor anderen wordt bepaald wat kwetsend en niet kwetsend is, zolang zij maar degenen zijn die dat mogen doen.
Helaas lukt het ook de VU niet altijd weerstand te bieden tegen de enorme druk vanuit de buitenwereld die wil beslissen waarover wel en waarover niet mag worden gesproken, en wie er wel en niet mogen werken. Uit angst voor reputatieschade wordt er nogal eens onhandig en verkrampt gereageerd, waardoor medewerkers en studenten zich in de steek gelaten voelen. Uit de weigerachtigheid bij het Gaza-debat spreekt ook een gebrek aan vertrouwen in het gezonde verstand en de wellevendheid van de eigen medewerkers en studenten.
Het zou helpen als universiteiten zich wat stoerder opstellen naar die buitenwereld. Dat ze pal voor hun eigen principes staan, en voor hun medewerkers en studenten. Dat ze zich weigeren te laten framen door buitenstaanders, meer vertrouwen hebben in het zelfreinigend vermogen van de eigen gemeenschap en minder in de goede bedoelingen van bepaalde bemoeials, die er meer geïnteresseerd in lijken te zijn iedereen in het gareel te houden dan in een open academisch debat.
Wat een krokodillentranen!
Een docent die van te voren zegt dat wie het niet eens is met zijn extremistische opvattingen zijn vak beter niet kan volgen zorgt uiteraard voor ophef. Dit is dus wat wordt bedoeld met “linkse wetenschap”.
Natuurlijk werd De Verrekijker gesloten nadat daar een Palestijnse terrorist kwam spreken. Rasmea Odeh pleegde in 1969 een bomaanslag in Jeruzalem, waarbij twee studenten om het leven kwamen. Zij werd in Israël veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf, maar kwam in 1980 vrij als onderdeel van gevangenenruil. Ze sprak op een geheime bijeenkomst georganiseerd door de extreemlinkse Revolutionaire Eenheid. De VU schrok zich rot toen ze er van hoorde en belde onmiddellijk de politie.
De Telegraaf had het wel degelijk bij het rechte eind toen ze schreven dat een lezingenreeks op de Hogeschool Utrecht (HU) over de Jodenvervolging voor onbepaalde tijd werd uitgesteld. De woordvoerder zei letterlijk: „Wij willen namelijk een diverse en gebalanceerde dialoog faciliteren rond dit onderwerp. We hebben meer tijd nodig om de gebeurtenissen van 7 oktober en daarna in breder perspectief te plaatsen, met ruimte voor uiteenlopende meningen en overtuigingen.” Geschrokken door de reacties kwam de HU snel daarna met een heel ander verhaal en gooide daarmee de woordvoerder feitelijk voor de bus. Uiteindelijk gingen de lezingen door, maar de ophef was begrijpelijk.
De Internationale socialisten steunen terreurorganisatie Hamas “onvoorwaardelijk” en verheerlijken de terreuraanslag van 7 oktober. Als dit soort groepen het Gaza-debat willen organiseren weet je al welke kant het opgaat. Logisch dat de VU daar een stokje voor steekt. En als je een teach-in voor Gaza organiseert en je nodigt een extremist uit die de aanslag van 7 oktober verheerlijkt, een terrorist en vliegtuigkaper “inspiring” noemt en de Holocaust bagatelliseert dan kan de VU niet anders dan Nee zeggen.
In 2012 nodigde de Islamitische Studentenvereniging Amsterdam de antisemitische haatimam Haitham al-Haddad uit voor een “debat”. De Britse sjeik is voorstander van de doodstraf voor overspeligheid en afvalligheid, noemde Joden “de eeuwige vijanden van God” en praatte zelfmoordaanslagen goed. Een Kamermeerderheid probeerde nog tevergeefs hem de toegang tot Nederland te ontzeggen. Ook deze bijeenkomst werd uiteraard door de VU verboden.
Universiteiten hoeven niet stoerder te worden. Ze moeten zich wel blijven verzetten tegen extremisme, uit welke hoek het ook komt.
Jan van Oort spreekt ware woorden.
Wat academische vrijeid aangaat. Iedere aan de VU verbonden student/ wetenschapper en OBP’er zou de volgende docementen aan wat nader moeten bestuderen.
https://assets.vu.nl/d8b6f1f5-816c-005b-1dc1-e363dd7ce9a5/a7d050c7-05d3-40b6-8b04-cef0234252c1/Statuten_StichtingVU_120716_tcm289-836868.pdf
https://issuu.com/vuuniversity/docs/vu_instellingsplan-nl?fr=sMzEwNjUzMDgx
https://assets.vu.nl/d8b6f1f5-816c-005b-1dc1-e363dd7ce9a5/d81e9d51-baba-4941-a9de-7dd4543424c4/Studentenstatuut%20Vrije%20Universiteit%20Amsterdam%202022-2023.pdf
https://vu.nl/nl/over-de-vu/meer-over/missie-en-kernwaarden
Academische vrijheid is belangrijk en gaat verder dan bij een gewoon bedrijf. Er is echter wel een grens aan de vrijheid.
1. Vrijheid mag nooit ten koste gaan van anderen. Vrijheid vraagt verantwoordelijkheid.
2. Bepaalde ‘vrijheden’ zijn bij wet verboden. Holocaustontkenning. Oproepen tot geweld, opruiing etc. Deze beperkingen zijn er niet voor niets. Iedere burger dient zich eraan te houden.
Wetenschap moet wel in vrijheid kunnen worden beoefend. Mits zij aan de wetenschappelijke kwaliteitseisen voldoen. Politiek gekleurde vakken vind ik eigenaardig. Wetenschap en wetenschappelijk discours dienen namelijk onbevooroordeeld en objectief worden beoefend. Beide kanten van elke zaak – ook in een debat – moeten van alle kanten worden bekeken. Morele dilemma’s uit de werkelijkheid (casussen) op tafel leggen waarover je moet nadenken en een mening vormen in zo’n vak: fantastisch. Studenten worden uitgenodigd en gestimuleerd dit proces te volgen zo hun hun eigen gefundeerde mening vormen. Daarna wordt bekeken wat de uitrol was. Het kan louterend werken.
Bij een debat werkt het niet anders. Partijen van alle kanten horen eraan deel te kunnen nemen, in gelijke proportie. Anders wordt het een lezing, een voordracht, een rede. Of erger: propaganda.
Vind je het andere geluid niet fijn? Jammer, maar zo is de maatschappij. Andere opinie’s bij voorbaat uitsluiten is inperken van andermans vrijheid. (in dit geval van expressie)
Ik begrijp dus terdege dat een universiteit ervoor waakt eenzijdig tegen zaken aan te kijken.
Binnen een te geven vak – en deze van tevoren aankondigen – als politiek gekleurd – schuurt. Ik noem het eerder discussie dan wetenschappelijk. Moeten de studenten onderzoek doen?
Stellingname, een teach-in, een vak, zonder te streven naar objectiviteit, kan ik niet academisch noemen. Mensen, sprekers uitnodigen die de kernwaarden van de VU, en groter: van de Nederlandse rechtstaat verwerpen, hebben in dat debat niets te zoeken.
Ten laatste: zodra een mening de discours dicteert en alle andere meningen bij voorbaat uitsluit (cancelt), spreek je van een dogma. Zoals ik al zei: het kan schuren. Vandaar dat ik verwees naar bovenstaande documenten.