Plotseling werd het gastcollege in het vak Religie & Gender van Peter-Ben Smit heel actueel. ‘Geeft vanmiddag gastcollege over de #Nashvilleverklaring – over #Bijbel, #religie en #gender – gewoon aan de Vrije Universiteit Amsterdam – ik heb er zin in!’ postte de hoogleraar contextuele Bijbelinterpretatie op Facebook.
“De Nashville-verklaring is interessant om drie redenen”, begint de gastdocent zijn college. In het zaaltje in het hoofdgebouw zitten tien studenten. Deels Nederlandse en deels studenten uit andere landen, dus het college is in het Engels. Eén andere journalist is aanwezig, van het Nederlands Dagblad.
“Het is interessant”, zegt Smit, “omdat een heel land in oproer kan raken van een verklaring van een kleine groep mensen. De genderkwestie raakt duidelijk een snaar, zeker in combinatie met religie.” Het tweede is, dat de verklaring een diepe impact heeft op het leven van alle christenen in Nederland. De opstellers van de verklaring zeggen dat ze zich houden aan teksten in de Bijbel. Daardoor lijkt het of de stellingen die ze poneren zeggen wat alle christenen zouden moeten geloven.”
Mannelijkheid
En het derde interessante punt vindt Smit dat mannelijkheid wederom de onzichtbare gender is. “Mannelijkheid wordt niet geanalyseerd of aangekaart.” Dat is Smits eigen terrein van onderzoek: de notie van mannelijkheid in de Bijbel. ‘Jezus was queer’, schreef hij al eens in een opiniestuk voor Advalvas.
‘Nergens wordt ter discussie gesteld of die oude teksten het wel hebben over hetzelfde als wij’
De Nashville-verklaring is dus wetenschappelijk interessant, maar, zegt Smit, het is ook vergelijkbaar met #metoo. “Dat is een voorbeeld van hoe destructief een bepaalde definitie van gender kan zijn.” Hij pikt twee stellingen uit de verklaring om die definitie te analyseren. “In Artikel 5 staat dat God bepaalt of we als man of vrouw ter wereld komen en dat er geen fysieke of psychologische redenen kunnen zijn om daar iets aan te veranderen. Dus je biologische geslacht bepaalt je gender.”
Artikel 10 stelt ‘dat het zondig is om homoseksuele onreinheid of transgenderisme goed te keuren’. Smit: “Als een goed christen kun je volgens de verklaring niet zeggen dat je geen mening hebt over homoseksualiteit, laat staan dat het iets goeds is.”
Letterlijk
“De opstellers beweren dat ze zich letterlijk houden aan Bijbelse teksten, maar nergens wordt ter discussie gesteld of die oude teksten het wel hebben over hetzelfde als wij”, stelt hij. “Maar het is historisch fout. De hele manier waarop men vroeger sprak over mannelijkheid en vrouwelijkheid is anders.”
Zo hield een term als mannelijkheid vroeger iets anders in. “Als een man seks heeft met meerdere partners wordt hij in onze tijd nogal eens gezien als heel mannelijk. Maar in de oudheid vond men dat je jezelf dan niet onder controle kon houden en was het juist helemaal niet mannelijk.”
Smit vertelt ook het apocriefe verhaal van de apostel Paulus en de maagd Thekla. Zij werd geraakt door Paulus’ oproep tot kuisheid. Ze weigerde vervolgens te trouwen, deed al haar sieraden weg, knipte haar haar af en ging mannenkleren dragen. “In oude religieuze teksten zie je zulke verschuivingen op de genderschaal. Mannelijkheid is een deugd, die door iedereen kan worden belichaamd. Het ging toen om je gedrag en vóórkomen, niet om je biologische geslacht.”