In totaal kende wetenschapsfinancier NWO dit jaar 149 Vidi-beurzen toe, dat zijn er bijna 50 meer dan afgelopen jaar. Negen van die toekenningen gaan dus naar onderzoekers van de VU en het VU-gedeelte van het Amsterdam UMC.
Zo neemt islamoloog Pieter Coppens de kunst van het sterven in islamitische tradities onder de loep, hoopt natuurkundige Maximilian Beyer met zijn onderzoek naar antimaterie meer te weten te komen over de basiswetten van de natuur en gaat psycholoog Jon Roozenbeek op zoek naar manieren om online manipulatie – zoals botnetwerken en politieke beïnvloedingscampagnes – tegen te gaan.
Daarnaast krijgen Jurjan Aman, Jitske Jansen en Tim de Meij van het Amsterdam UMC een Vidi-beurs, net als isotopenarcheoloog Lisette Kootker, cognitief psycholoog Joshua Snell en neurowetenschapper Max Koppers.
‘Creativiteit en passie’
De Vidi-beurzen zijn samen met de Veni- en Vici-beurzen onderdeel van het Talentprogramma van NWO. De beurzen zijn bedoeld om onderzoekers de vrijheid te geven “om vanuit creativiteit en passie eigen onderzoek te doen”.
NWO verhoogde deze keer het budget om meer voorstellen te kunnen honoreren. Hiermee wil de financier “talentvolle onderzoekers een steuntje in de rug geven in tijden van bezuinigingen op onderzoek en wetenschap”. De Universiteit Utrecht wist de meeste beurzen binnen te slepen, op de voet gevolgd door de TU Delft en de Universiteit van Amsterdam.
De selectieprocedure bestaat uit twee rondes: de vooraanmelding en de aanvraag. Eerst schrijven onderzoekers een beknopt voorstel. De meesten vallen in deze ronde af. Daarna schrijven ze een uitgebreide aanvraag. Van die groep heeft ongeveer de helft het geld gekregen.