Sinds 2008 kunnen zorgaanbieders subsidie krijgen van een speciaal stagefonds. Het moest meer stageplaatsen en betere begeleiding opleveren. Maar uit meerdere onderzoeken blijkt dat de subsidie nauwelijks effect heeft gehad.
Het grootste probleem voor zorgstages is namelijk het gebrek aan stagebegeleiders, niet een gebrek aan geld voor begeleiding. Dat stelde onder meer de Algemene Rekenkamer vorig jaar. Minister Fleur Agema wil daarom het stagefonds helemaal stopzetten. Vanaf 2028 scheelt dat 122 miljoen euro, schreef ze maandagavond aan de Tweede Kamer.
Verwarde personen
Ze maakte daarnaast bekend dat er minder geld gaat naar wetenschappelijk onderzoek in de zorg. Zo moet het RIVM structureel 20 miljoen euro inleveren. Welk onderzoek daarmee getroffen wordt moet de minister nog met het RIVM afstemmen.
Ook onderzoeksfinancier ZonMW, waar veel universiteiten en hogescholen een beroep op doen, raakt structureel 16 miljoen euro kwijt, verdeeld over verschillende potjes. Zo krijgt onderzoek naar verwarde personen bijvoorbeeld tien procent minder en verdwijnt er vijftien procent bij onderzoek naar de doelmatigheid van zorguitgaven.
Toegankelijk
De grootste klap echter krijgt het Zorginstituut, waar op termijn 36 miljoen verdwijnt. Het instituut financiert medisch-wetenschappelijk onderzoek naar nieuwe medicijnen en andere behandelingen.
Agema kiest ervoor te schrappen in onderzoek naar betere zorg, schrijft ze aan de Kamer. “Daarmee behouden we onderzoeksmiddelen die de toegankelijkheid van de zorg bevorderen.” Denk aan onderzoek naar wachtlijsten, personeelstekorten en zorg in krimpgebieden.
Het maakt weinig uit of het hier nu om zoveel procent en daar dan weer om zoveel procent gaat; het doel is simpelweg het politieke kortetermijnresultaat dat ze eruit willen halen, en voor wat betreft de langetermijneffecten zal het hoogstens een kwestie van dat-zien-we-dan-wel-weer zijn (of: dat-mogen-onze-opvolgers-lekker-uitzoeken).