Meer werk, meer woningen. Met die boodschap stond de partij Nieuwe Amsterdamse Toekomst (NAT) donderdag stemmen te werven voor de komende gemeenteraadsverkiezingen van 19 maart.
Het is natuurlijk niet toevallig dat NAT juist bij de universiteit staat te flyeren. Het is namelijk nadrukkelijk een partij van en voor Amsterdamse jongeren. UvA-filosofiestudent Jarmo Berkhout (21) is lijsttrekker. “We zijn een partij voor jongeren, niet alleen voor studenten”, benadrukt Berkhout. Wel geeft hij toe mede geïnspireerd te zijn door studentenpartijen in Groningen en Delft die zo veel zetels haalden dat ze zelfs wethouders leveren in die steden.
Meer studentenwoningen
“We vinden dat jongeren de toekomst zijn van de stad, maar de gevestigde partijen doen bar weinig voor ons”, zegt Berkhout. Hij wijst erop dat de jeugdwerkloosheid in de stad is opgelopen tot twintig procent en onder allochtonen zelfs tot veertig. Ook zijn huizen nauwelijks te vinden en onbetaalbaar. “Voor jongeren is het extra moeilijk een huis te kopen omdat banken niet-realistische eisen stellen aan het inkomen om een hypotheek te krijgen. En huizen met een huur in de vrije sector tussen de zes- en achthonderd euro huur bestaan nauwelijks in Amsterdam”, aldus Berkhout, die ook de studentenhuisvesting wil verbeteren. “Zorg dat die tijdelijke eenheden in ieder geval veel langer blijven staan dan nu gepland. Dat scheelt al wat. En bijbouwen. Dat is de enige echte remedie.”
Langer in de kroeg
Natuurlijk wil NAT dat je de hele nacht een biertje kunt drinken in de stad. “We zijn er voor dat de sluitingstijden van cafés flexibeler worden. Dan heb je volgens ons ook minder overlast omdat niet iedereen op het zelfde moment rondom sluitingstijd op straat komt te staan. En er moeten meer gelegenheden komen met een 24-uursvergunning. Dat zijn er nu vier. Belachelijk weinig voor een wereldstad als Amsterdam.” Hij hoopt dat NAT minstens twee zetels haalt in de raad. Een stem heeft hij in ieder geval al. “Mijn oma van 96 gaat op me stemmen. We zijn er namelijk niet alleen voor jongeren, maar voor iedereen.”