Er komen voorlopig geen versoepelingen van de maatregelen tegen het coronavirus. Hogescholen en universiteiten blijven in lockdown, heeft het kabinet dit weekend besloten.
Ook de avondklok blijft van kracht en de terrassen mogen nog niet open. Want het aantal besmettingen is inmiddels weer gestegen tot het niveau ‘zeer ernstig’ en er worden ook weer meer patiënten opgenomen in de ziekenhuizen.
De universiteiten balen ervan. Ze menen dat studenten veilig een dag in de week onderwijs op de campus kunnen krijgen, zei voorzitter Pieter Duisenberg van hun landelijke vereniging VSNU vanmorgen op radio 1.
Consistent
“Ik heb er wel begrip voor, in ieder geval is het consistent”, zei Duisenberg over het kabinetsbesluit. Maar de positie van studenten is echt een probleem, voegde hij eraan toe. “Voor het welzijn is het gewoon niet goed.”
In het mbo mogen studenten wel een dag naar hun opleiding toe. Volgens Duisenberg zou dat in het hoger onderwijs ook kunnen. Er waren eerder in de crisis geen besmettingshaarden op universiteiten. “Vanuit mijn onderwijsperspectief zeg ik: alsjeblieft, neem dat risico nou wel, want we hebben bewezen dat we dat heel gecontroleerd kunnen doen.”
Er liggen allerlei plannen klaar om in elk geval volgend studiejaar weer helemaal open te kunnen, zei Duisenberg. Hij hoopt dat de universiteiten dit studiejaar al meer ruimte krijgen. “Dat is beter dan helemaal na de zomer.”
Uitgelekt
De besluiten zijn informeel naar buiten gebracht na het Catshuisoverleg. Het voltallige kabinet moet er nog over vergaderen. Morgenavond zullen premier Rutte en minister De Jonge de maatregelen bekendmaken in hun persconferentie. Het kabinet zou pas willen versoepelen als de meeste 60-plussers zijn gevaccineerd. Dat is naar verwachting begin mei.
Bij de vorige persconferentie verwachtten de bewindslieden dat er in het paasweekend misschien meer versoepelingen konden komen, maar dat lijkt nog niet het geval. Ook voor het hoger onderwijs niet.
Met name D66 wil graag versoepelingen in het hoger onderwijs. Een dag in de week naar de universiteit of hogeschool is een belangrijke stap, zei minister Van Engelshoven tegen het ANP. Maar ze hield een slag om de arm.