Er verandert van alles in het hoger onderwijs. Door de bomen zie je het bos misschien niet meer. Waar ben je nu eigenlijk aan toe? Een paar zaken op een rij, maar ook een paar onzekerheden…
Langstudeerboete, vaarwel!
Dit zal iedereen intussen wel weten: de langstudeerboete van drieduizend euro is helemaal van de baan. Dat hebben VVD en PvdA alvast beslist tijdens de onderhandelingen over de vorming van een nieuw kabinet. Als alles goed gaat, krijgen langstudeerders nog vóór 1 december hun geld terug.
Dat wordt nog een flinke klus voor de universiteiten en hogescholen, die tienduizenden boetes moeten terugbetalen. Overigens weet niemand hoeveel langstudeerders de boete – of een deel daarvan – al hebben betaald. Vlak voor de zomer waren er bijna tachtigduizend langstudeerders. Maar zijn die er nog steeds? Misschien hebben deze studenten op de valreep hun diploma behaald of stopten ze ermee.
Waarschijnlijk zorgt dit alles voor kafkaëske taferelen. Zo zijn er gehandicapten en deeltijdstudenten die de langstudeerboete moesten betalen en daarvoor gecompenseerd werden door hun hogeschool of universiteit. Die krijgen de langstudeerboete terug, maar moeten op hun beurt die compensatie teruggeven. Dat zou je tegen elkaar kunnen wegstrepen, maar waarschijnlijk gebeurt dat niet en wordt het geld heen en weer geschoven. Sowieso mogen de onderwijsinstellingen de geïnde boetes niet verrekenen met latere termijnbetalingen van het collegegeld.
Twee jaar korter met de trein
Deze bezuiniging sneeuwde enigszins onder in de commotie rond de langstudeerboete, maar gaat gewoon door. Sinds dit studiejaar mogen studenten geen zeven jaar meer reizen met een week- of weekendkaart, maar twee jaar korter: vijf jaar. Je mag dus nog maar één jaar uitlopen in je hele studie (bachelor én master samen), daarna raak je je ov-kaart kwijt. Studenten die een tweejarige master doen of geneeskunde studeren, behouden hem navenant langer.
De nieuwe regel geldt vanaf nu voor alle studenten, al is er één kleine uitzondering: wie nu eigenlijk geen recht meer heeft op de kaart, mag zijn ov-studentenkaart toch nog tot 1 januari 2013 blijven gebruiken. Vanaf volgend jaar gaat het gewoon per studiejaar.
Basta met de basisbeurs
Niet alleen de langstudeerboete is weg, ook de basisbeurs moet eraan geloven. Zowel VVD als PvdA willen hem afschaffen. Dat scheelt uitwonende studenten 3.200 euro per jaar. Voor thuiswonenden gaat het om 1150 euro. Dit bedrag moeten ze voortaan maar lenen.
Volgens bronnen van de NOS willen de twee partijen dit stelsel alleen voor nieuwe studenten invoeren en pas vanaf september 2014. Maar let op: de kans is groot dat ‘nieuwe’ masterstudenten er ook onder vallen. Wie over twee jaar aan een masteropleiding begint, hoeft waarschijnlijk niet op de basisbeurs te rekenen.
Aanvullende beurs op de tocht
De twee partijen zouden het nog niet eens zijn over de aanvullende beurs voor studenten met minder draagkrachtige ouders. Moet die wel blijven bestaan? De PvdA wil dat graag, maar de VVD zou hem liever schrappen. De aanvullende beurs is voor sommige studenten bijna even hoog als de basisbeurs: 245 euro, oftewel bijna drieduizend euro per jaar.
Zou het werkelijk zover komen, dan raken studerende kinderen uit arme gezinnen per jaar een bedrag kwijt waarmee ze twee keer de langstudeerboete hadden kunnen betalen. En die boete viel eenvoudig te ontlopen door op tijd een diploma te halen.
Eigen bedrijf in je afstudeerjaar
Als studenten geen basisbeurs meer krijgen, dan hoeven ze zich ook niets meer aan te trekken van de bijverdiengrens. Maar goed, voorlopig bestaat die grens nog. Wel is vlak voor de zomervakantie een klein euvel rechtgezet. De bijverdiengrens voor ondernemers is afgeschaft voor het kalenderjaar van hun afstuderen (met terugwerkende kracht vanaf 2011). Hoeveel winst ze in dat jaar ook maken, ze hoeven geen basisbeurs of ov-kaart terug te betalen. Voor de overige studiejaren blijft de bijverdiengrens (op de cent nauwkeurig 13.362,53 euro bruto in kalenderjaar 2012) voorlopig gehandhaafd.
Tweede studie voor minder geld?
Wat gebeurt er met het collegegeld voor tweede studies? Dat moet nog blijken. Momenteel moeten studenten diep in de buidel tasten als ze na hun afstuderen aan een tweede studie beginnen. Ze zijn al snel zo’n tienduizend euro per jaar kwijt, en soms nog veel meer. Alleen als ze voor een onderwijs- of zorgopleiding kiezen, hoeven ze slechts het wettelijke tarief te betalen voor hun tweede opleiding. Tenzij hun eerste opleiding ook een zorg- of onderwijsstudie was. Bent u er nog?
De VVD vindt dit allemaal prima, want die wil geen spijtoptanten bekostigen. Laat jongeren vooral goed nadenken over hun studiekeuze, aldus de liberalen. De toenmalige PvdA-minister Ronald Plasterk gaf de onderwijsinstellingen toestemming voor de hoge collegegelden, maar zijn partij kwam er later op terug: studenten zouden gewoon moeten doorstuderen tegen laag tarief.
Mogelijk is dit wisselgeld in de onderhandelingen over het leenstelsel. Misschien verdwijnt de aanvullende beurs, maar gaat het collegegeld voor tweede studies weer omlaag. Of andersom.
Tweede studie tegen het lage tarief afmaken: alleen dit jaar
Sommige studenten waren al aan hun tweede studie begonnen voordat ze hun eerste hadden afgerond. Ze mochten hun tweede opleiding afmaken tegen het lage tarief, spraken het ministerie en de instellingen in 2009 af. Maar afspraak gold maar voor drie jaar. Dit is het laatste jaar dat deze studenten gegarandeerd hun tweede studie tegen het lage wettelijke collegegeld mag afmaken. Wat er volgend jaar gebeurt, is niet duidelijk.
Gewone dubbelstudenten
Voor studenten die twee opleidingen tegelijkertijd volgen, verandert er niets. Deze bollebozen betalen maar één keer collegegeld. Zelfs van de langstudeerboete hebben ze geen last meer.