Hoogleraar Erik-Jan Zürcher heeft de onderscheiding ingeleverd die hij van Turkije kreeg. ‘Als protest tegen het dictatoriale wanbeleid van Erdogan in Turkije, en als erkenning dat ik het twaalf jaar geleden mis had.’
Zürcher is als hoogleraar Turkse talen en culturen verbonden aan de Universiteit Leiden. Tien jaar geleden ontving hij een medaille als waardering voor de manier waarop hij de Nederlandse samenleving voorlichtte over Turkije. De hoogleraar heeft de onderscheiding deze week teruggestuurd naar de ambassade.
Geen keus
Dat was geen makkelijke keuze: ‘Zo’n demonstratief gebaar kan niet alleen mij schaden, maar ook de tientallen studenten en promovendi die ik afgelopen jaren heb begeleid.’
In een gisteren verschenen opinieartikel in het NRC Handelsblad zegt Zürcher geen keus te hebben, juist omdat hij als Turkijedeskundige te boek staat. Hij is bezorgd over de steeds grotere rol die religie inneemt in de Turkse maatschappij. ‘Het is intussen op de meeste plaatsen heel wat makkelijker een gebedsruimte te vinden dan een verkooppunt voor alcohol.’
Academici opgepakt
Verder hekelt Zürcher de vervolging van academici door de partij van Erdogan. Begin dit jaar werden twaalf academici opgepakt, die zich verzetten tegen de militaire acties tegen Koerden. Ze werden beschuldigd van ‘het verkondigen van propaganda voor een terroristische organisatie’. Vorige maand werden ze vrijgelaten in afwachting van hun proces.
‘Waarschuwingen van secularistische Turken dat Erdogan de EU en het toetredingsproces gebruikte om zijn interne vijanden uit te schakelen en geleidelijk de rol van de islam in de maatschappij te vergroten, deed ik af als bekrompen bangmakerij’, schrijft Zürcher. “Maar ik had het bij het verkeerde eind en zij hadden gelijk.”