De populatie van de Universiteit van Amsterdam moet een betere afspiegeling zijn van de samenleving. Als dat niet lukt, moeten quota soelaas bieden, adviseert een speciaal ingestelde onderzoekscommissie vandaag.
De afgelopen zes maanden heeft een speciale commissie onderzocht hoe het er bij de UvA voor staat met de diversiteit. Daarbij werd niet alleen gekeken naar etniciteit en geslacht, maar ook naar de omgang met gehandicapte en religieuze studenten.
Verschil
Er is nog veel verbetering mogelijk, concludeert de commissie. Het heersende idee van gelijkheid zorgt ervoor dat er geen ruimte is voor de erkenning van verschillen, schrijven de onderzoekers. En die zijn er volgens hen wel degelijk.
Zo is het aantal niet-westerse studenten nogal laag in vergelijking met bijvoorbeeld de Erasmus Universiteit Rotterdam of de Vrije Universiteit. Al helemaal wanneer er gekeken wordt naar het aandeel niet-westerse Amsterdamse jongeren, schrijft de commissie. De gevolgen blijven niet uit. Van de internationale medewerkers met een niet-westerse achtergrond heeft 42 procent wel eens te maken gehad met discriminatie. Bij studenten was dit acht procent.
De commissie doet meerdere aanbevelingen. Minderheidsgroepen moeten actief worden geworven en ondersteund op invloedrijke posities binnen de universiteit. Er moeten meer studenten worden binnengehaald van scholen met een hoog percentage allochtone leerlingen. Ook pleit de commissie ervoor dat schakeltrajecten tussen het hbo en de universiteit intact blijven, zodat studenten makkelijker kunnen doorstromen.
Quota
Lukt dit allemaal niet, stel dan quota in, zeggen de onderzoekers. Een speciaal aangesteld team, een zogenoemde diversiteitsunit, moet onderzoeken of zulke quota uitvoerbaar en haalbaar zijn.
In een verklaring onderstreept het college van bestuur het belang van het rapport. “Iedereen moet zich thuis kunnen voelen op onze universiteit, ongeacht gender, etniciteit, leeftijd, seksuele oriëntatie, functiebeperking, politieke overtuiging en maatschappelijke, culturele of levensbeschouwelijke achtergrond”, zegt voorzitter Geert ten Dam. Ze wil op korte termijn een ‘diversity officer’ aanstellen, die een plan van aanpak gaat maken.
Gehandicapte medewerkers
Het aantal vrouwelijke hoogleraren bijvoorbeeld is nog steeds te laag, vindt ze. “De UvA kan en moet hier iets aan doen, dat gaat niet vanzelf.” Ook de positie van gehandicapte medewerkers en studenten kan beter. Om dat te bewerkstellingen wil de universiteit een speciale commissie instellen.
Ten Dam waarschuwt dat de toon tijdens het debat over diversiteit vaak fel en polariserend is: “Dat zag je in de reacties op de voorlopige bevindingen van dit rapport. Dat lijkt mij rond dit thema niet goed. Verbinding in plaats van verdeeldheid is essentieel.”
Over eventuele quota meldt de verklaring niets. Maar maandag zei Ten Dam tijdens een discussiebijeenkomst dat ze quota niet het effectiefste middel vindt om diversiteit te bereiken.