De vijf studenten die het ‘gaybrapad’ in Leiden bekladden, mogen van de rechtbank niet worden vervolgd. Ze zijn alle afspraken nagekomen die het Openbaar Ministerie met hen maakte.
Als onderdeel van hun ontgroening verfden vijf dispuutsleden van de Leidse studentenvereniging Quintus het ‘gaybrapad’ afgelopen najaar rood over. Dit zebrapad, geschilderd in regenboogkleuren, was bedoeld om de homo-emancipatie te bevorderen.
Dat leidde tot grote ophef. “Sommigen zouden deze actie kunnen zien als een uit de hand gelopen studentengrap, maar vanwege het discriminatoir karakter nemen we de zaak hoog op”, zei een woordvoerder van het OM.
Gesprek aangaan
Het OM sprak in eerste instantie met de verdachten af dat ze het gesprek aan moesten gaan met de gemeente Leiden en het COC, de Nederlandse belangenvereniging voor lesbiennes, homo’s, biseksuelen en transgenders. Ook moesten ze de schade aan het zebrapad vergoeden.
Mochten de dispuutsleden zich niet aan deze afspraken houden, zouden ze alsnog worden vervolgd.
Beloofd is beloofd
Maar de vijf verdachten kwamen al hun beloftes na: ze organiseerden daarnaast zelfs nog een symposium over homo-acceptatie en diversiteit. Ook het OM moet zich aan de afspraken houden, oordeelt de rechtbank nu, en de vijf dispuutsleden mogen niet alsnog worden vervolgd.
Door dat wel te willen doen, heeft het OM “in strijd gehandeld met de gedane toezegging en het vertrouwensbeginsel geschonden,” staat in het oordeel te lezen.