Vier VU-wetenschappers hebben een prestigieuze Vidi-beurs gekregen. Het zijn milieu-econoom Wouter Botzen, bestuurswetenschapper Caelesta Braun, bewegingswetenschapper Nadia Dominici en filosoof Jeroen de Ridder.
Meer dan vijfhonderd wetenschappers deden een gooi naar de beurzen die onderzoekersfinancier NWO jaarlijks verdeelt. Slechts 87 van hen boekten succes.
De beurzen voor ervaren onderzoekers bedragen maximaal 800 duizend euro. Van de 509 aanvragen is dit jaar zeventien procent toegekend. Eerder veranderde NWO de regels voor een aanvraag, in de hoop dat de toeloop zou verminderen en de kans op succes groter zou worden, maar het heeft vooralsnog niet geholpen.
Verspilde energie
De lage slaagkans frustreert aanvragers en beoordelaars. Honderden wetenschappers besteden tijd aan het schrijven van een onderzoeksplan waar uiteindelijk geen geld voor is. Eigenlijk is dat verspilde energie, vinden velen.
Daarom mogen wetenschappers tegenwoordig nog maar twee maal een aanvraag indienen voor een Vidi-subsidie. Het idee is dat ze dan voorzichtiger met hun kans omspringen. Maar net als vorig jaar lijkt de ingreep niet te helpen. De slaagkans is ongeveer net zo laag als altijd.
Fondsen werven
De beurzen zijn belangrijk voor de loopbaan van wetenschappers. Dankzij het geld kunnen ze onderzoek blijven doen en bovendien kunnen aantonen dat ze succesvol zijn in het werven van fondsen.
In de Vernieuwingsimpuls verdeelt NWO beurzen onder wetenschappers. Er zijn Veni-subsidies voor recent gepromoveerde wetenschappers, Vidi-subsidies voor ervaren wetenschappers en Vici-subsidies voor zeer ervaren wetenschappers.
Dertien beurzen
In deze ronde springen vooral de Universiteit Utrecht en de Universiteit van Amsterdam in het oog. Utrecht sleept dertien beurzen in de wacht, plus twee voor het universitaire medisch centrum. De UvA komt tot elf beurzen, plus zeven voor het AMC.