Onafhankelijke journalistiek over de Vrije Universiteit Amsterdam | Sinds 1953
22 november 2024

Campus
& Cultuur

Medezeggenschapsvergadering met het bestuur in 2012, met vooraan in het witte T-shirt Dirk de Hoog.

‘Ik betreur het verdwijnen van een sterke protestbeweging’

‘Het beleid wordt minder transparant en studenten protesteren niet meer tegen de verhoogde koffieprijs.’ Een afscheidsinterview met journalist Dirk de Hoog die half maart met pensioen gaat. Wat zag hij veranderen aan de VU?

Als Ad Valvas-redacteur komt Dirk de Hoog overal. Nou ja, overal op de VU-campus. Gekleed in een zwart jasje met lichte verfvlekken op de mouw bezoekt hij studentenvakbonden, de ondernemingsraad en het bestuur. Om vergaderingen bij te wonen en om vragen te stellen. Zo verwierf hij een uniek inzicht in de universiteitspolitiek van de afgelopen dertig jaar. Nu hij met pensioen gaat deelt hij voor één keer zijn eigen mening: “Het zit ingewikkelder in elkaar dan je denkt.”

Dag Dirk,
dag Floor

Dirk de Hoog (66) schreef als student sociologie in 1978 zijn eerste bericht voor de toenmalige krant. Sinds die tijd is hij, met verschillende intervallen, in totaal 30 jaar in dienst van Ad Valvas geweest. Half maart gaat hij met pensioen.
Van Floor Bal (42), auteur van dit artikel, verscheen het eerste freelance bericht in 1999. Per 1 maart verlaat ze de VU, zij is dan 17 jaar journalist bij Ad Valvas geweest.

De basis van zijn eigen carrière aan de VU begint met De Hoogs lidmaatschap van studentenvakbond SRVU. Als student sociologie doet hij geregeld mee aan protesten. Dat verandert wanneer hij in 1978 zijn eerste bericht voor Ad Valvas schrijft. Een onafhankelijke journalist hoort geen botsende belangen te hebben, vindt hij. 

Activisme

Toch heeft De Hoog al die jaren een lichte voorkeur voor studentenactivisme gehouden. “De VU heeft heel lang een sterke studentenbeweging gehad. De SRVU, die nu ternauwernood nog bestaat, was sinds 1968 een van de actiefste studentenvakbewegingen van Nederland. Er waren hier veel acties en discussies en dat leverde ook veel artikelen in de krant op.”

De Hoog betreurt het verdwijnen van een sterke protestbeweging op de universiteit. “Er zijn hier nu minder acties over de dingen die op de VU zelf gebeuren. De Verontruste VU’ers waren een tijd actief. Maar nu de reorganisaties achter de rug zijn, is het rustiger. Net zoals studentenactiegroep Titanic die zich boos maakte over het verdwijnen van een succesvolle opleiding bij Aardwetenschappen, die groep is alweer verdwenen.”

Zoete koek

Grote veranderingen, zoals het afschaffen van de basisbeurs, willen studenten nog weleens in beweging krijgen. Maar De Hoog vindt dat studenten veel kleinere beleidswijzigingen voor zoete koek aannemen. “Is het wel zo prettig om om acht uur ’s ochtends college te hebben? Of om college in een overvolle zaal te moeten volgen? Er is nergens meer protest tegen. Terwijl ik me de tijden kan herinneren dat er tienduizend handtekeningen werden opgehaald als de koffie in het restaurant 5 cent duurder werd.”

Niet alleen de houding van studenten, maar ook die van het wetenschappelijk en ondersteunend personeel veranderde in de jaren zestig en zeventig. Toen de democratiseringsgolf aan de universiteiten in 1968 begon, zag een groot deel van het personeel democratisering van de universiteit ook als ideaal. Een ideaal dat gedeeld werd door wetenschappers, studenten en zelfs het bestuur. En universitaire pers was hier een noodzakelijk onderdeel van.

‘Er zijn hier nu minder acties over de dingen die op de VU zelf gebeuren’

Bijna ontslagen

Natuurlijk, er waren weleens incidentjes. De Hoog: “In 1969 schreef Ad Valvas over een bezetting van de universiteit. Dat was een actie tegen de verhoging van het collegegeld naar 1.000 gulden. De volledige redactie werd ontslagen omdat ze volgens het bestuur er te kritiekloos over geschreven had.” Na actie door comité ‘Red Ad Valvas’ moest het bestuur bakzeil halen en werden de redactieleden weer aangenomen. “De redactionele onafhankelijkheid is toen statutair vastgelegd. En ik moet zeggen: dat is nagenoeg altijd gerespecteerd.”

Eind jaren zeventig speelde de krant een grote rol binnen het universitaire debat. Als De Hoog dan tijdens de zoveelste bezetting een decaan tegenkomt, heet die hem van harte welkom. “Hij vond dat de onafhankelijke pers onmisbaar was voor een democratische samenleving.”

Eerst standpunt innemen

Na de ideologische jaren zestig en zeventig komt de verzakelijking van de jaren tachtig en negentig. De universiteit moet stevig bezuinigen en de VU wordt van een kleine gereformeerde steeds meer een brede algemene universiteit.

De hoogtijdagen van het studentenprotest zijn voorbij en ook de heftige debatten bij de ondernemingsraad nemen af. “Ik merk in het algemeen dat mensen in het openbaar steeds minder hun mening zijn gaan ventileren. Bij de medezeggenschap is dat hetzelfde: leden van de ondernemingsraad en de studentenraad willen nooit iets zeggen voordat de raad een standpunt ingenomen heeft.” Ook bij de vergaderingen van de ondernemingsraad gaat het zo: het overleg is een middel geworden om tot een consensus, een compromis te komen.

Debattour

“Terwijl ik vind dat er genoeg vraagstukken zijn waarover heel verschillende denkwijzen zijn. Dan moet je principiële keuzes durven maken. De universiteit is gegroeid van 10.000 naar zo’n 26.000 studenten. Daar horen legitieme vragen bij. Moet je strenger selecteren aan de poort? Hogere eisen aan studenten stellen? Meer mensen naar het hbo laten gaan? Maar dat debat wordt niet gevoerd.”

Het bestuur, elk bestuur op de VU, werkt zo. Van facultaire studentenraad tot het college van bestuur: er wordt gepraat totdat men tot een overeenkomst is gekomen. Zijn er protesten, zoals ten tijde van de reorganisaties, dan doen bestuurders een debattour waarmee ze de demonstranten van hun zienswijze proberen te overtuigen. “De democratisering van de universiteit is daarmee verworden van een ideaal tot een bestuurlijk managementinstrument. De gehele inspraak van verschillende partijen is zo georganiseerd en geïnstitutionaliseerd. Ik zie weinig conflicten.”

Liever anoniem

Ook bij zijn werk als journalist merkt De Hoog dat het debat steeds minder op de pagina’s van Ad Valvas wordt uitgevochten. Natuurlijk, er roept weleens iemand iets op Twitter. Maar zodra diegene benaderd wordt voor een artikel, wil zij of hij bij voorkeur anoniem.

‘In de praktijk komt weinig van de transparantie terecht’

Bestuurders zien Ad Valvas steeds minder als debatplaform, maar als plek om personeel en studenten te informeren. Bij voorkeur nadat de grote beslissingen genomen zijn. “In het verleden werden bij de komst van een nieuw instellingsplan discussies georganiseerd waarbij ook journalisten aanwezig mochten zijn. Bij het bespreken van het nieuwe instellingsplan zijn de plannen met vooraf geselecteerde groepjes werknemers en studenten besproken. Ad Valvas is daar systematisch buiten gehouden.”

Zelf publiceren

Het bestuur heeft bovendien meer eigen informatiekanalen dan ooit. “De dienst Communicatie & Marketing is enorm gegroeid. Tot in de jaren negentig was die afdeling klein. Ad Valvas was, naast wat studentenbladen, het enige medium op de universiteit. Nu publiceert de universiteit zelf van alles en nog wat.”

De Hoog vindt dat het huidige bestuur zich op transparantie voor laat staan, maar dat daar in de praktijk weinig van terechtkomt. “Men wil graag met journalisten praten. Maar niet om de discussie vorm te geven. Het bestuur wil het blad vooral graag gebruiken om ideeën door te geven, samen met een persvoorlichter, die het bericht ook nog wil doorlezen. Gelukkig is Ad Valvas altijd kritisch en onafhankelijk gebleven.”

Dit interview verscheen in Ad Valvas #12, 26 februari 2020: De universiteit volgens Dirk.

Reageren?

Houd je bij het onderwerp, en toon respect: commerciële uitingen, smaad, schelden en discrimineren zijn niet toegestaan. Reacties met url’s erin worden vaak aangezien voor spam en dan verwijderd. De redactie gaat niet in discussie over verwijderde reacties.

Velden met een * zijn verplicht
** je e-mailadres wordt niet gepubliceerd en delen we niet met derden. We gebruiken het alleen als we contact met je zouden willen opnemen over je reactie. Zie ook ons privacybeleid.