Zes eerstejaars hebben er dit jaar voor gekozen om Nederlands te gaan studeren aan de VU. Dat is één meer dan vorig jaar, maar te weinig voor een levensvatbare opleiding. De studie, ingebed in de brede bachelor literatuur & samenleving, staat onder grote druk.
Het begint volgens Johan Koppenol, hoogleraar oudere Nederlandse letterkunde, al op de middelbare school: daar is Nederlands een van de minst populaire vakken. En het beroepsperspectief helpt ook niet mee: studenten denken dat je er alleen maar leraar Nederlands mee kunt worden. “Terwijl Nederlands het mooiste vak van de wereld is, maar zo zien 17/18-jarigen dat niet”, aldus Koppenol.
Allerlei scenario’s
De daling van het aantal studenten Nederlands is een landelijk verschijnsel, maar aan de VU was de opleiding altijd al klein met zo’n 15 studenten per jaar. Het zal heel moeilijk worden om de opleiding Nederlands op deze manier in stand te houden, zegt Diederik Oostdijk, afdelingshoofd van Taal, Literatuur en Communicatie en hoogleraar Engels, die tegelijk wel het belang van een universitaire opleiding Nederlands benadrukt. De faculteit Geesteswetenschappen, waar Nederlands onder valt, had vorig jaar al 5 ton verlies en de verwachting is dat dat dit jaar 7 ton wordt. Vanaf 2022 moeten de faculteiten van de VU op nul uitkomen. Kleine opleidingen, zoals deze, staan dus onder grote druk. Is het een idee om samen te gaan met de UvA? Koppenol wil niet op de zaken vooruitlopen. “We zijn aan het nadenken over allerlei scenario’s”, zegt hij.
Een aantal jaren terug zijn de talenbachelors aan de VU samengevoegd tot de brede bachelor literatuur & samenleving. Dat was volgens Oostdijk geen succes: de brede bachelor heeft nooit meer dan tien studenten getrokken, stelt hij. Twee jaar geleden is de faculteit gestart met twee tracks binnen literatuur & samenleving, eentje voor Nederlands en eentje waar Engels centraal staat. De Engelse track loopt goed, die trekt jaarlijks zo’n 50 studenten, die deels uit het buitenland komen.
Verzetten tegen eenvormigheid
Vrije Schrijver Annelies Verbeke komt dit studiejaar onder meer op voor het bestaansrecht van kleinere talen. Zij wil ingaan tegen de heersende hang naar eenvormigheid: “We moeten ons verzetten tegen de grotendeels economisch bepaalde sturing van ons literaire aanbod door de Angelsaksische wereld”, zei ze vorige week bij Filmfestival On the Roof.