Een glansrijke carrière aan een universiteit vanwege je onderwijskwaliteiten? Onmogelijk, toch? Geert Ramakers, precies om deze reden onlangs benoemd tot universitair hoofddocent, vindt van niet: “Ik ben niet de eerste, en zeker niet de laatste.”
Onder wetenschappers heerst vaak de gedachte dat een mooie carrière aan de universiteit alleen mogelijk is als ze veel onderzoek doen en een flink aantal publicaties achter hun naam hebben. Onderwijs, zo voelde het, was altijd het ondergeschoven kindje. Maar de carrièremogelijkheden bij universiteiten op grond van onderwijs lijken toe te nemen. Varen universiteiten de laatste jaren een andere koers?
Niet de eerste
Geert Ramakers was universitair docent in de neurowetenschappen aan de Universiteit van Utrecht. Sinds een paar weken mag hij zich universitair hoofddocent (UHD) noemen. Een mooie prestatie, te meer omdat vooral zijn onderwijsprestaties een rol speelden bij zijn benoeming. Hij is er nuchter onder. “Ik ben niet de eerste en zeker niet de laatste”, zegt hij. “Het is dus niet waar dat je geen carrière kunt maken als je je meer bezighoudt met onderwijs dan met onderzoek.”
Klopt dat? Het onderwerp staat scherp op ons netvlies, zegt universiteitenvereniging VSNU. Zo besloot de Universiteit Leiden vorig jaar dat universitaire docenten ook bevorderd kunnen worden tot universitair hoofddocent omdat ze goed lesgeven.
Ook de faculteit natuurwetenschappen, wiskunde & informatica van de Radboud Universiteit paste zijn criteria op deze manier aan. “Maar”, zegt de woordvoerder van de RU. “Je kunt onderzoek en onderwijs niet uit elkaar trekken. Je wordt geen UHD als je geen goed onderzoek verricht.”
Koploper
De Universiteit Twente noemt zichzelf koploper als het gaat om het zwaarder meewegen van onderwijskwaliteiten bij benoemingen. Wel is het lastig om goede criteria vast te stellen voor goed onderwijs, erkent Maria Sjerps van personeelszaken. Twente heeft zich daarom aangesloten bij een internationaal project waarin universiteiten kijken of er één lijn valt te trekken in de beoordeling.
Hogerop de carrièreladder lijken er ook meer mogelijkheden te ontstaan voor wetenschappers met een passie voor onderwijs. Birgit Pepin bijvoorbeeld, bekleedt sinds vorig jaar een leerstoel onderwijs aan de de Technische Universiteit Eindhoven. Ze is door de rector gevraagd om de onderwijsprestaties bij de universiteit meer onder de aandacht te brengen en herkent de verandering in het wetenschappelijke landschap. “Er komt steeds meer een soort bewustzijn dat het niet alleen om publicaties gaat.”
Geen uitblinker
Professor Joke Saane van de VU werd vorig jaar benoemd tot hoogleraar onderwijs, theologie & godsdienstpsychologie. “Ik blink niet uit in onderzoek. Ik excelleer in onderwijs. De mogelijkheid om ook via deze weg carrière te maken, bestaat pas sinds twee jaar bij de VU.”
Saane wil niet al te optimistisch overkomen. “Het gaat traag”, zegt ze. “Benoemingen op grond van onderwijsprestaties blijven vaak uitzonderingen en zolang het uitzonderingen zijn, kun je niet spreken van een omslag.”
VU-docent innovatiemanagement Meindert Flikkema kraakt keiharde noten, wat de VU betreft. Hij werd vorig jaar uitgeroepen tot docent van het jaar, wordt herhaaldelijk gelauwerd voor zijn onderwijskwaliteiten, maar zijn carrière heeft dat allemaal niet geholpen. “De VU heeft veel mooie praatjes over het belang van goed onderwijs, maar daar komt in de praktijk maar weinig van terecht”, zei hij tegen Advalvas.
Het Interstedelijk Studentenoverleg is blij dat bij veel onderwijsinstellingen langzaam het besef groeit dat de wereld niet alleen om onderzoek draait. Maar een benoeming omdat je zo goed kunt lesgeven? Daar is voorzitter Jan Sinnige verbaasd over. “Dat horen we nog niet vaak.”