Nederlandse wetenschappers scoren goed bij de verdeling van Europees onderzoeksgeld. Voor elke euro die ons land bijdraagt aan het budget, krijgt het 1,70 euro terug.
In een brief aan de Tweede Kamer kijkt het kabinet terug op het Europese onderzoeks- en innovatieprogramma van de afgelopen zeven jaar. De Nederlandse opbrengsten zijn niet gering, blijkt eruit.
Van de bijna 66 miljard euro die de Europese Commissie de laatste jaren via Horizon 2020 toekende, ging ruim 5 miljard euro naar Nederlandse wetenschappers. Elke euro die Nederland investeerde, leverde zo’n 1,70 euro op. In het lijstje van EU-lidstaten die het meeste geld ontvingen, staat ons land op de zesde plaats.
Meer Nederlands succes
De komende zeven jaar wordt in totaal 95,5 miljard euro uitgetrokken voor het nieuwe onderzoeks- en innovatieprogramma Horizon Europe. Volgens minister Van Engelshoven (Onderwijs) en staatssecretaris Keijzer (Economische Zaken) zijn “alle randvoorwaarden” aanwezig om het Nederlandse succes voort te zetten.
Zo stijgt het budget voor onderzoeksraad ERC van 13,1 miljard naar 16 miljard euro. Dat was de afgelopen jaren het programmaonderdeel waar Nederlandse deelnemers het meeste geld uit ontvingen.
Centraal en Oost-Europa
Wat volgens de bewindslieden verder “goed past binnen de Nederlandse onderhandelingsinzet” is dat de komende zeven jaar 3,3 procent van het budget wordt gebruikt om de deelname te verbeteren van wetenschappers uit Centraal- en Oost-Europese landen. Zij slepen nu vaak weinig Europese beurzen in de wacht en doen daardoor ook minder onderzoekservaring op – en komen er dus op den duur alleen maar moeilijker tussen.
Voor die vicieuze cirkel waarschuwde ook de Nederlandse ERC-vicepresident en hoogleraar Eveline Crone onlangs in een interview met het HOP. Wetenschappers zijn in het ene land niet slimmer dan in het andere, stelde ze, dus er moet iets aan gedaan worden.
Boze universiteiten
Het budget van Horizon Europese kwam er niet zonder slag of stoot. Afgelopen zomer trokken veel lidstaten – waaronder Nederland – veel minder geld voor het programma uit dan aanvankelijk was begroot. Honderden Europese universiteiten reageerden woest en lanceerden een campagne. Uiteindelijk kwamen er eind vorig jaar nog enkele miljarden bij.
De minister en staatssecretaris zijn tevreden met het nieuwe programma. Eerder omschreven ze het akkoord al als een “gebalanceerd compromis”, waarbij alle landen hebben moeten geven en nemen.