Mensen in warme landen zonder seizoenswisselingen hoeven minder tijd te besteden aan bijvoorbeeld het aanleggen van een wintervoorraad of het kopen van winterkleding en daardoor slaan ze elkaar sneller de hersens in.
Dat is een opmerkelijke theorie van twee VU-psychologen, Paul van Lange en Maria Rinderu en een psycholoog van de Ohio State University, Brad Bushman, die een nieuw model hebben gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Behavioral and Brain Sciences.
Het model heet heel toepasselijk CLASH (Climate Aggression and Self-Control in Humans) en laat zien dat naast temperatuur ook seizoensgebonden variatie in temperatuur van invloed is op agressie en geweld.
‘In societies closer to the equator, the climate is warmer and less variable per season, and so individuals have less need to plan ahead to ensure survival and reproduction’, aldus de auteurs in het artikel. ‘That is, there is little need to focus on the future or develop a longer time perspective or to exercise self-control. Moreover, societies closer to equator are also relatively harsh and unpredictable.’
Zo loop je in een warm land ook meer kans slachtoffer te worden van parasieten, ziektes en natuurrampen. Dat zorgt voor een bestaan vol stress. Al die factoren spelen een rol bij de toename van agressie en geweld.
In koudere landen met verschillende seizoenen worden mensen gedwongen zich voor te bereiden op bijvoorbeeld de winter. Daardoor is plannen cruciaal in hun leven, alsmede zelfbeheersing (je moet de verleiding weerstaan je eten allemaal op te eten voordat de winter begint). Die factoren dragen volgens de onderzoekers bij aan de vermindering van agressie en geweld.