Om Iraniërs niet langer te discrimineren moeten straks alle studenten en wetenschappers een ontheffing aanvragen als ze aan een Nederlandse universiteit nucleaire kennis willen opdoen.
Veel landen vrezen dat Iran een atoombom wil bouwen. Daarom spraken de Verenigde Naties in 2006 af dat het land geen toegang mag krijgen tot de benodigde nucleaire kennis. Nederland besloot daarop, als enige, om alle Iraniërs de toegang te ontzeggen tot een beperkt aantal technische en natuurwetenschappelijke opleidingen. Wie daar toch wil studeren of werken, moet bij het ministerie van Onderwijs een ontheffing aanvragen.
Slepende rechtszaak
Maar sinds de Hoge Raad begin december oordeelde dat het uitsluiten van studenten op basis van hun nationaliteit discriminerend is, mag dit niet meer. De staat verloor een lang slepende rechtszaak van het Actiecomité Iraanse studenten.
De ministeries van Onderwijs en Justitie broeden sindsdien op een alternatief. Uit de beantwoording van Kamervragen van Paul van Meenen (D66) en Jasper van Dijk (SP) blijkt dat onderwijsminister Bussemaker van plan is om alle wetenschappers en studenten een ontheffing te laten aanvragen, ongeacht hun nationaliteit. Ze verwacht dat de herziening van het beleid voor de zomer gereed is.
Geen excuses
De minister ziet geen aanleiding voor excuses aan Iraniërs die geen opleiding mochten volgen. Dat overkwam zeven van de dertien die een ontheffingsverzoek hebben ingediend.
Iraniërs worden niet alleen aan de poort van universiteiten geweerd. Wie in Nederland wil werken in de aardolie- en aardgasindustrie of in de petrochemische industrie krijgt sinds begin 2012 geen visum meer. Iraniërs die hier al werken, kunnen hun visum niet zonder meer verlengen. Dit beleid heeft ook gevolgen voor promovendi. Of de visumregel eveneens wordt aangepast, kon een woordvoerder van het ministerie van Justitie nog niet zeggen.