Het is een maand voor de Europese verkiezingen, die de koers van Europa de komende vijf jaar kunnen beïnvloeden: welke partijen krijgen het voor het zeggen in het Europese parlement?
Op het terrein van de wetenschap is internationalisering een belangrijk thema. Na een reeks van incidenten met China en het uitbarsten van de oorlog in Oekraïne kijken sommige Europese lidstaten met wantrouwen naar internationale samenwerking en uitwisseling van onderzoekers en studenten.
In Nederland zijn er plannen voor strengere screening van buitenlandse studenten en wetenschappers. Een groot land als Duitsland werkt ook aan restricties. De deur zit niet op slot, maar zoals de Europese Commissie het omschrijft: de samenwerking met China is increasingly nuanced and transactional. Ook andere landen liggen onder een vergrootglas.
Troef
Dat verhoogde wantrouwen lijkt een van de aanleidingen voor een gezamenlijk statement van de academies van wetenschappen van de 27 lidstaten, waaronder de Nederlandse KNAW. Internationale samenwerking en uitwisseling van kennis, onderzoekers en studenten zijn juist een belangrijke troef van de Europese Unie, schrijven ze.
Beleidsmakers zouden geen barrières moeten opwerpen, vinden ze, maar de academische vrijheid en de uitwisseling van mensen en informatie moeten beschermen. Wetenschappers en studenten moeten “te allen tijde onder veilige omstandigheden” hun werk kunnen doen.
Verder bepleiten ze investeringen in de wetenschap. De landen zouden 3 procent van hun BBP moeten investeren in onderzoek en ontwikkeling. In haar bijdrage aan een persconferentie onderstreepte Marileen Dogterom dat Nederland die afgesproken 3 procent nog niet haalt.
Klimaat, migratie, voedsel
De academies noemen enkele ‘uitdagingen’ waar de lidstaten voor staan: klimaatverandering, verlies aan biodiversiteit, internationale migratie, voedselzekerheid, de energietransitie enzovoorts. Die kun je alleen aanpakken op wederzijds vertrouwen gebaseerde dialoog tussen wetenschap, politiek, maatschappelijke organisaties en bedrijfsleven. Daar zijn alle disciplines bij nodig, onderstreepte Dogterom.
Een van de toehoorders stelde de vraag naar de militaire en geopolitieke situatie: hoe kun je open en vrije wetenschap bedrijven in een wereld met zoveel bedreigingen? Wetenschappers moeten niet naïef zijn, antwoordde Dogterom, en goed kijken met wie ze samenwerken. Ook moeten ze inschatten of hun onderzoek een militaire toepassing kan hebben. Toch zou openheid volgens haar het uitgangspunt moeten zijn: dan vind je sneller de oplossingen. Dogterom: “We moeten de balans vinden, anders bewijzen we onszelf geen dienst.”