“Ik geloof erg in het betrekken van mensen die geen wetenschapper zijn”, zegt hoogleraar gezondheidszorg en cultuur Ivan Wolffers, die onlangs met emeritaat ging. “De medische wetenschap staat ten dienste van patiënten, en die moeten voldoende geïnformeerd zijn om behoorlijke keuzes te kunnen maken.”
“Mensen die goed geïnformeerd zijn, leven vijf jaar langer; health literacy heet dat. Daarom heb ik me in mijn carrière altijd hard gemaakt voor participatory action research: gewone mensen moeten mede-onderzoeker zijn; de wetenschap is geen eigendom van een selecte groep academici die met elkaar oeverloze discussies houden over wat zij denken dat de waarheid is.”
Prostaatkanker ontdekt
Wolffers zou het liefst zien dat de hele infrastructuur van de gezondheidszorg op de schop gaat. “Zodat de werkelijke beleving van het ziek zijn een plek krijgt in het reguliere onderzoek.”
Hij spreekt ook uit ervaring als patiënt. In 2002 werd bij hem prostaatkanker ontdekt. “Als gevolg van de behandeling daalt mijn vitaliteit in, ik heb meer kans op diabetes en op osteoporose en ik moet dus eigenlijk veel trainen.”
Almachtige farmaceutische industrie
“Maar daar práten we helemaal niet over in het ziekenhuis! Nu begrijp ik wel: als je als arts zulke gesprekken met je patiënten begint, krijg je allemaal vragen waar je misschien niet zo’n zin in hebt omdat je nou eenmaal alles van hormonen afweet, maar daar gáát het toch niet om, dat jij veel weet? Het gaat erom hoe jij je kennis kunt gebruiken om mensen te helpen.”
In de nieuwe Advalvas staat een groot afscheidsinterview met Wolffers, de ‘duivelse dokter’, die zich zijn hele carrière verzet heeft tegen ‘Big Pharma’, de almachtige farmaceutische industrie die volgens Wolffers ‘zelfs ons dénken over ziekte bepaalt’.
Wolffers praat verder over de benadering van patiënten, over zijn ziekte, de dood en zijn plannen voor de toekomst.