De bachelor pedagogische wetenschappen kreeg onlangs -als enige in Nederland- de kwalificatie goed van de visitatiecommissie en eindigde ook als beste op haar vakgebied bij de Nationale Studentenenquête (NSE).
Om dat te bereiken heeft de opleiding de afgelopen jaren het hele onderwijs omgegooid: niet hoorcollege’s staan centraal, maar werkgroepen waar studenten zelf een thema moeten uitwerken.
Elke week is dat een ander thema, legt opleidingsdirecteur Mariëtte Huizinga uit. Aan het begin van de week bereiden de studenten het thema voor in een werkgroep, halverwege de week krijgen ze een hoorcollege van een expert op het gebied van dat thema, en daarna werken ze het verder uit in een volgende werkgroep. Deze vorm van onderwijs vraagt meer inzet van studenten, maar het werkt: de stof beklijft beter en studenten zijn enthousiaster, zo blijkt uit de beoordelingen in de NSE.
Goed aanvoelen
Voor de docenten bij pedagogiek was de omschakeling pittig, vertelt Carolijn Ouwehand, tot voor kort bachelorcoördinator. Maar na flink wat discussie, worden de nieuweonderwijsvormen door iedereen gedragen. Een verschil met vroeger is dat er veel meer gebruik wordt gemaakt van juniordocenten: zij begeleiden een groot deel van de werkgroepen. Zij voelen heel goed aan wat er speelt onder de studenten, vertelt Ouwehand, waardoor de opleiding het veel sneller in de gaten heeft als het met een student niet lekker loopt.
Na de bachelor, gaat pedagogiek nu ook het onderwijs in de master vernieuwen.
Het rapport van de visitatiecommissie pedagogiek lees je hier.