De Algemene Rekenkamer vindt opnieuw dat onderwijsinstellingen beter duidelijk moeten maken waaraan ze hun geld uitgeven en wat daarvan de effecten zijn. En bij de Dienst Uitvoering Onderwijs is de controle op subsidies nog altijd niet in orde.
Van de 36 miljard euro die het ministerie van OCW jaarlijks uitgeeft, mogen onderwijsinstellingen zo’n 26 miljard euro naar eigen goeddunken besteden. In hun jaarverslagen moeten ze dan wel duidelijk maken wat ze er precies mee doen. Daar schort het nogal eens aan, constateert de Algemene Rekenkamer ook dit jaar in zijn verantwoordingsonderzoek.
Professionalisering van leraren
Zo hadden scholen in het basis- en voortgezet onderwijs in 2014 een bedrag van 1,2 miljard euro beschikbaar voor de professionalisering van leraren. Maar of ze dit geld daaraan besteed hebben en zo ja, wat voor effect dat dan had op de onderwijskwaliteit is onbekend.
Trendbreuk nodig
De Tweede Kamer had wel om die gegevens gevraagd, maar scholen kunnen niet zomaar worden verplicht om die te leveren, schrijft de Rekenkamer. Daarvoor moeten eerst de nu geldende richtlijnen worden veranderd. “Intussen is wel duidelijk dat een trendbreuk nodig is om de ambitieuze doelstellingen te halen die voor 2020 zijn gesteld als het gaat om verbetering van de vaardigheden van leraren.”
Ook bij de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) is er nog werk aan de winkel. Al in 2013 constateerde de Rekenkamer dat van 160,6 miljoen euro aan verleende subsidies onduidelijk was of ze wel helemaal rechtmatig waren. De maatregelen die DUO vorig jaar nam hebben niet geholpen, in tegendeel: het subsidiebeheer is zelfs verslechterd. Van ernstige onregelmatigheden is geen sprake volgens de Rekenkamer. Meestal gaat het om stukken die niet op tijd zijn ingestuurd en om ontbrekende verantwoordingsinformatie.