Woensdagavond debatteerde de Tweede Kamer over de stijging van de huurprijzen. Verschillende oppositiepartijen pleitten voor bevriezing of zelfs verlaging van de huren, maar de coalitie gaat hier niet mee instemmen.
Tenminste, nu nog niet. Lagere huur voor sociale woningbouw was een verkiezingsbelofte van de PVV, maar er komt nog niets van. Misschien bij de Voorjaarsnota, was het antwoord op het spervuur aan verwijten van de oppositie.
In de sociale sector, waar veel studentenwoningen onder vallen, mogen de huren met 5 procent stijgen. Een huur van 500 euro kan dus omhoog naar 525 euro: op jaarbasis is dat 300 euro extra. Als studenten samen een huis huren, kan dit nog meer zijn: in de middensector mogen de huren maximaal 7,7 procent omhoog.
Inflatie
Voorheen stegen de huurprijzen mee met de inflatie, maar toen kwamen de inval in Oekraïne en de energiecrisis. De inflatie schoot omhoog en daarom zijn de regels veranderd: de huren volgen sinds 2022 de cao-lonen. Maar de inflatie is nu gedaald, terwijl de lonen een inhaalslag maken.
Volgens deze regels zouden de huren van sociale woningbouw dit jaar met 6,5 procent kunnen stijgen, terwijl de inflatie zo’n drie procent is. Na overleg heeft het kabinet een ‘middenweg’ gekozen van 5 procent.
Bijbaan
De Landelijke Studentenvakbond vindt het gek dat de huurprijzen van studenten met de cao-lonen meestijgen. “Dat is niet echt handig”, zegt voorzitter Abdelkader Karbache. “Eigenlijk is het een beetje krom dat studentenhuisvesting hierin wordt meegenomen, want studenten werken niet fulltime, of ze hebben helemaal geen tijd voor een bijbaan omdat ze bijvoorbeeld stage moeten lopen.”
De sociale verhuurders beschouwen de huurstijgingen als een noodzaak. Zij hebben immers geld nodig voor nieuwbouw en verbetering van huurwoningen, is het argument. Het gaat bovendien om maximale percentages. Hoeveel de huurprijzen precies zullen stijgen moet nog blijken: dit kan variëren per verhuurder. De nieuwe tarieven gaan per 1 juli in.
Uitwonend
Vanaf 2026 wordt de maximale jaarlijkse huurstijging gekoppeld aan een driejaarsgemiddelde van de inflatie, heeft de regering aangekondigd. Hierdoor zal de huurstijging minder sterk variëren.
Ongeveer de helft van de studenten is ‘uitwonend’. Internationale studenten moeten wel: hun ouders wonen immers in een ander land. Onder Nederlandse studenten laat de krapte op de woningmarkt zich voelen. Van hen is minder dan de helft het ouderlijk huis uit.