Linden van Bemmel (20, eerstejaars geneeskunde aan de VU) ging afgelopen weekend viral met haar kunstschaatsroutine op de Prinsengracht.
Zondagochtend stond ze als eerste op de Herengracht. In haar trainingspakje en één want, want ze had in haar vinger gesneden. “Niet met mijn schaats hoor. Die want was een extra bescherming, maar met mijn andere hand moest ik mijn schaats kunnen vastpakken, vandaar alleen die ene want.”
‘Na mijn eerste draai begonnen mensen te juichen’
Toen er op de Herengracht een grote breuklijn ontstond, ging ze op zoek naar een andere gracht. Een fotograaf benaderde haar met de vraag of hij haar mocht filmen op de Prinsengracht. Ze ging het ijs niet op met het idee een voorstelling te geven, maar de kade vulde zich al snel met toeschouwers. “Ik dacht eigenlijk: ik doe twee pirouettes en dan ga ik weer naar binnen, maar na mijn eerste draai begonnen mensen te juichen.”
Triple op krakend ijs
Dat motiveerde haar om door te gaan. Haar vader stond aan de kant met een touw, klaar om haar eruit te trekken mocht ze door het ijs zakken. “Ik wilde eigenlijk een triple sprong doen, maar durfde dat toch niet aan. Het kraakte de hele tijd onder me, dat was best eng. Maar ik dacht wel: het is nu of nooit.”
Ondergeschoven kindje
Meerdere omstanders filmden Van Bemmel terwijl ze tussen de ijsschotsen door pirouettes draaide. De filmpjes werden online al snel verspreid en tot in het buitenland gedeeld. Onder andere Het Parool en De Telegraaf pikten haar verhaal op, en gisteravond zat ze aan tafel bij televisieprogramma Tijd voor Max. “Mijn telefoon trilt elke seconde van een nieuw bericht dat binnenkomt. Het voelt heel onwerkelijk. Kunstrijden is een beetje een ondergeschoven kindje in Nederland. Het zou mooi zijn als er hierdoor meer aandacht voor komt. Ik krijg ook filmpjes door van kleine kindjes die mijn filmpje nadoen – heel leuk om te zien.”
‘Mijn telefoon trilt elke seconde van een nieuw bericht’
In 2018 was het de laatste keer dat er op de grachten geschaatst kon worden. Ook toen stond Van Bemmel op het ijs. “Maar het voelde nu wel anders dan toen. Ik realiseerde het me nog niet zo in het moment zelf maar naarmate meer mensen zich verzamelden, besefte ik dat het nu toch wel extra bijzonder is. In de reacties lees ik dat het mensen blij heeft gemaakt me te zien schaatsen. Dat doet me goed: het idee dat ik dat heb kunnen doen in deze moeilijke tijden.”
Soort Olympische Spelen voor studenten
Van Bemmel begon met kunstschaatsen toen ze vijf jaar was. De afgelopen 2,5 jaar verbleef ze in Italië om te trainen, maar kwam terug toen corona alles stillegde. Inmiddels is ze begonnen aan de studie geneeskunde, en heeft ze een topsportersregeling vanuit de VU. Zo kan ze uitstel van het bindend studieadvies krijgen, mag ze practica missen en kan ze van studiegroep wisselen om haar sportschema te volgen.
“Het online onderwijs is eigenlijk wel een goede uitkomst voor mij geweest. Ik heb nog geen gebruik hoeven maken van de topsportersregeling. Maar het kan nog weleens goed uitkomen in de toekomst.”
Trainen doet ze nu minder dan normaal – zo’n vier keer per week – en ook dat gaat vooral online. “Alle binnenbanen zijn gesloten. Vanuit huis volg ik yogalessen, ga ik spinnen, stretchen, of doe ik buikspieroefeningen.”
Haar doel was om dit jaar mee te doen aan de Winter Universiade in Zwitserland: “een soort Olympische Spelen voor studenten”. Die droom hoopt ze volgend jaar te kunnen vervullen, en in de tussentijd blijft ze doorstuderen. “Ik ga het gewoon proberen te combineren. Zolang alles online is, gaat dat prima.”