Minister Bussemaker baalt van de felle kritiek op de nieuwe wetenschapsvisie die het kabinet heeft geschreven. “Het wordt me toch echt te gortig als wetenschappers een loopje nemen met de waarheid.”
Op haar eigen weblog trekt ze van leer tegen “hardnekkige, onjuiste interpretaties” van de wetenschapsvisie waar zij haar handtekening onder heeft gezet. Ze lijkt verrast door de felle toon van de kritiek. “Keerzijde van zo’n levendig debat is dat de emotie het soms wint van de waarheid – kennelijk ook als het over wetenschap gaat.”
Onwaarheden
Bussemaker dacht zich te hebben verzekerd van draagvlak. Iedereen mocht toch meepraten? Ze zaten allemaal aan tafel: van wetenschapsorganisaties KNAW en NWO tot de Jonge Akademie en actiegroep Science in Transition. “Natuurlijk kreeg niet iedereen volledig zijn zin maar er was tevredenheid alom.”
Toch stuit de visie in allerhande opinieartikelen op weerstand. Volgens de minister worden daarin onwaarheden verkondigd. Gaat de wetenschapsvisie alleen over de natuurwetenschappen en worden de geesteswetenschappen over het hoofd gezien, zoals sommigen beweren? Welnee, zegt Bussemaker. Die geesteswetenschappen krijgen gewoon een plek binnen de nieuwe wetenschapsagenda.
Niemand schrijft voor
Gaat de burger de wetenschapper voorschrijven wat hij moet doen? Nee hoor. Het kabinet schreef immers: “Nederlandse wetenschappers, ondernemers, maatschappelijke organisaties, betrokken burgers en de overheid maken samen de wetenschapsagenda.” Bussemaker vindt het klare taal: “We laten dus niemand iemand anders iets voorschrijven: we roepen juist op tot samenwerking.”
En legt iemand de vinger op de grote rol van valorisatie en maatschappelijke relevantie in het kabinetsbeleid, dan heeft Bussemaker een ander citaat paraat: “Tegelijkertijd staat voorop dat wetenschap een zoektocht is naar het onbekende. Dat betekent dus ook dat er ruimte moet zijn en blijven om ook eens te moeten concluderen dat een ingeslagen weg weliswaar een interessante zoektocht opleverde, maar uiteindelijk toch niet heeft gebracht wat we ervan hoopten.”
Verbeelding aan de macht
Maar wetenschappers zeggen soms ook dingen waar Bussemaker zich in kan vinden. Hoogleraar Beatrice de Graaf bijvoorbeeld, die in NRC Handelsblad schreef: “De verbeelding moet aan de macht blijven, ook en juist op de wetenschapsagenda. Duizenden jonge onderzoekers staan te trappelen om de samenleving te laten delen in hun dromen, verbeelding en fantasieën. Ik stel voor om bij alle pleidooien voor ‘maatschappelijk nut’ die ruimte voor verbeelding en verrassing bovenaan op de wetenschapsagenda te zetten.”
In datzelfde stuk uitte De Graaf overigens kritiek op de wetenschapsvisie, die ze “de Sinterklaassurprise van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap” noemde. “Unilever en VNO-NCW gaan voortaan de pepernoten uitdelen. En de onderzoekers moeten braaf het liedje meezingen, anders krijgen ze helemaal niks meer.”