Onafhankelijke journalistiek over de Vrije Universiteit Amsterdam | Sinds 1953
21 november 2024

Campus
& Cultuur

Margrethe Jonkman: 'Vrouwen in Nederland mogen wel toleranter tegenover elkaar zijn.'

CvB-voorzitter Jonkman: ‘Wetenschap is geen politiek’

Margrethe Jonkman is sinds vijf maanden voorzitter van het college van bestuur van de VU. ‘Ik geloof erg in vrijheid van wetenschap.’

Vanuit haar werkkamer kijkt ze uit op de bouwput op de campus en volgt ze dagelijks de bouwwerkzaamheden. “Het kost even tijd, maar straks krijgen we een VU-gevoel-plus ervoor terug. Het wordt echt een ontmoetingsplek, een stadspark. Groen doet iets voor je mentaal en is goed voor de biodiversiteit. Straks volleyballen hier weer studenten, er komt een terras. Gisteren liep ik over de campus, de zon scheen, zo gezellig. Ik ben hier in de zomer incognito geweest om te kijken: de VU is een grote universiteit, 32.000 studenten, 5.000 medewerkers maar omdat je hier op één plek zit, is er toch dat samen-gevoel.”

Wat heeft u van huis uit meegekregen dat bepalend is voor uw werk nu?
“Gebruik je talenten. Mijn ouders – ikzelf ook – zijn geboren in Groningen. Mijn vader was oorspronkelijk bakker, mijn opa was bakker, mijn andere opa boer. Mijn ouders hadden niet de mogelijkheid te studeren. Op een gegeven moment is mijn vader in de avonduren hard gaan leren, om bij de gemeente te kunnen werken. Hard werken om iets te bereiken, dat heb ik meegekregen. En een gereformeerde achtergrond, Gronings: doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg. Ik was de eerste thuis die ging studeren. Benut je talenten was altijd wel de leidraad.”

Jonkman (55) promoveerde in levensmiddelentechnologie in Wageningen, begon als onderzoeker bij FrieslandCampina, en klom daar op tot Chief Technology Officer. Ze hield zich onder meer bezig met de ontwikkeling van de Breaker (yoghurt in een knijpverpakking), verduurzaming van de melkveehouderij, en research naar kindervoeding. “Ik heb veel onderzoek gedaan in Azië en Afrika, daar ter plekke echt iets bijdragen, vond ik mooi.”

‘Ik was de eerste thuis die ging studeren’

Wat heeft u doen overstappen naar de VU?
“Bij FrieslandCampina heb ik ook een aantal projecten gedaan met de overheid en universiteiten: triple helix. Ik heb veel jaren in het buitenland gewerkt en dan zie je dat die samenwerking tussen bedrijfsleven en overheid en wetenschap hier vrij uniek is. Daardoor kunnen we sneller zaken op de markt krijgen maar ook effectiever onderzoek doen: hoe kunnen we samen maatschappelijke missies versnellen. En toen kwam deze vacature, je wordt benaderd. Wat voor mij de doorslag gaf: de VU is een universiteit die impact wil maken, het is een brede universiteit. Maatschappelijke problemen moet je multidisciplinair aanpakken, wil je echt verandering. De VU heeft natuurlijk een geschiedenis, een historie met bepaalde waarden, vrij van kerk en staat. De VU is er voor iedereen. Als ik hier rondloop, merk ik dat dát er echt inzit, dat vind ik mooi. Impact willen maken in de maatschappij, dat het voor iedereen mogelijk is, niet alleen voor de elite. Dat raakt me.”

Uw voorgangster vond ondernemerschap belangrijk, wat is uw ambitie?
“Een universiteit heeft drie taken: onderzoek, onderwijs en valorisatie. Dat laatste heeft Mirjam van Praag met een aantal collega’s fantastisch neergezet. Gezien mijn achtergrond uit het bedrijfsleven heb ik een warm hart voor valorisatie en projecten als de academische startupcompetitie. Maar mijn voornaamste ambitie is dat de VU een plek is waarvan mensen zeggen: daar wil ik werken, daar kan ik mezelf zijn en mezelf ontwikkelen. Dat het voor studenten dé universiteit is waar je moet studeren als je het verschil wil maken in de maatschappij, the place to be.”

Vindt u de VU open genoeg wat organisatie betreft?
“Ik ben de afgelopen maanden bij alle faculteiten en diensten langsgeweest en ben gegrepen door de passie die mensen hebben, maar ook door hun kennis en professionaliteit. Ik ben overal open ontvangen door mensen die trots zijn op hun werk, maar ook goed weten welke uitdagingen op hen afkomen. Mijn gevoel is dat de sfeer erg open is.”

U bent hier gekomen begin november, vlak daarvoor brak de Gaza-oorlog uit. Als u nu terugkijkt, vindt u dat de VU terecht terughoudend is geweest met het voeren van Gaza-debatten?
“Alles wat er is gebeurd vanaf oktober is verschrikkelijk. Als je ziet hoe mensen in Israël en in de Palestijnse gebieden worden getroffen, raakt me dat zeer. De universiteit moet een plek zijn waar mensen met diverse achtergronden zich veilig kunnen voelen. We zijn er voor al onze medewerkers, al onze studenten. Dus we kiezen een pad waarbij we kunnen zorgen voor veiligheid, maar daarnaast willen we dat er academisch debat kan plaatsvinden.” 

‘Kunst, cultuur en wetenschap zijn de laatste gebieden waar we politiek een stelling in gaan nemen’

Hoe belangrijk is die dialoog?
“Academisch debat is belangrijk, maar veiligheid ook. Ik geloof erg in we care, zorg voor onze mensen. Het mag schuren maar het moet wel veilig zijn. Het college van bestuur kijkt voortdurend: wat is wijs om te doen. In het begin hebben we veel aandacht aan sociale veiligheid gegeven door ontmoetingsplekken te creëren zodat mensen in kleinere kring bij elkaar konden komen. Wat een debat betreft hebben we in het begin gezegd: we willen eerst goed kijken hoe dat gaat, en nu vinden we dat het zo kan, maar we monitoren de situatie voortdurend.”

Een aantal wetenschappers en actievoerders zegt: de universiteit moet stelling nemen, toen de Oekraïne-oorlog uitbrak deed de universiteit dat wel, nu met Israël-Gaza niet. Ook vinden zij dat de universiteit banden met Israëlische partners die gelieerd zijn aan het leger moet verbreken. Wat vindt u daarvan?
“Kunst, cultuur en wetenschap zijn de laatste gebieden waar we politiek een stelling in gaan nemen, dat zijn de gebieden waar je altijd de samenwerking open wil houden. Wat betreft de Oekraïne hebben de EU en de Nederlandse regering een duidelijk standpunt ingenomen, dat we volgen als universiteit. Ik geloof in dialoog, in samenwerking, waarbij we voor kunst, cultuur en wetenschap zoveel mogelijk alles openhouden tenzij we gezamenlijk met alle Nederlandse universiteiten een ander standpunt gaan innemen.” 

De VU gaat niet naar buiten toe een standpunt innemen?
Nee, zo staan we er op dit moment in, je weet nooit wat er gebeurt natuurlijk, maar ik ben erg voor vrijheid van wetenschap.”

Dus dat betekent ook dat er binnen het college van bestuur in zo’n moeilijke gevoelige discussie over de Gaza-oorlog, die zijn weerslag heeft op de universiteit, flexibel hierover wordt nagedacht?
“De universiteit is wel onderdeel van de maatschappij. Als iemand met een vraag komt, denken we daarover na, maar dit is ons standpunt. We werken wereldwijd samen met veel landen en universiteiten want we geloven in samenwerking in wetenschap. Wetenschap is geen politiek, die moet je duidelijk scheiden.”

Jonkman heeft sinds haar aantreden niet alleen externe kwesties op haar bordje, ook binnen de VU spelen voldoende zaken. Zo zorgt de mogelijke samenwerking tussen de faculteiten Theologie, Geesteswetenschappen en Sociale Wetenschappen voor onrust en onzekerheid bij de medewerkers daar. “We vinden het belangrijk dat de vakgebieden hun eigen identiteit houden, in welke vorm er samenwerking komt, bekijken de verkenners nu. Die voeren met veel mensen waardevolle gesprekken. We wachten in spanning op de verkenners, maar hopen dat medewerkers begrijpen dat we dit goed willen doen, dat kost tijd.”

Een ander onderwerp is de wet internationalisering in balans die de instroom van buitenlandse studenten moet beheersen en regels voor de voertaal geeft. Universiteiten willen nu via zelfregie hieraan invulling geven. Jonkman heeft de faculteiten gevraagd welke studierichtingen wellicht (deels) kunnen worden overgezet in het Nederlands.

‘Ik wil dat de VU the place to be wordt’

“Maar we hechten zeer aan diversiteit, aan internationale instroom. Ik heb jaren in het buitenland gewerkt, daarvan heb ik veel geleerd. Ik heb bijvoorbeeld altijd fulltime gewerkt, hier krijg je toch nog de vraag waarom, terwijl het in andere landen de norm is. Maar wat voor mij werkt, kan voor een ander niet werken. Daarin mogen vrouwen in Nederland wel toleranter tegenover elkaar zijn.”

Vindt u dat er genoeg vrouwen aan de top zijn binnen universiteiten?
“Het gaat om gelijkwaardigheid, zijn we daar in Nederland? Nog niet, in veel sectoren is de verdeling nog niet fiftyfifty. Maar tien jaar terug was 13 procent van de hoogleraren binnen de VU een vrouw, en nu is dat 30 procent. We willen naar 50 procent, dat geldt voor alle functies. Het gaat niet alleen om vrouwen, maar of een bestuur of organisatie maatschappelijk representatief is. De studenten bij de VU zijn heel divers qua (migratie)achtergrond. Dat zien we nog niet terug in de staf, eerlijk gezegd, dus wij hebben daarop zelf ook nog stappen te zetten. De universiteit wil inclusief zijn. Als je ziet hoeveel talenten hier rondlopen.”

Ze is liever op de campus dan in haar werkkamer, zegt ze. “Ik ga er veel op uit, om te horen wat mensen bezighoudt. Ik wil weten wat er leeft. Je hoort wat de zorgen zijn en wat er beter kan, maar wat ook helpt om te weten: waar zijn we ontzettend goed in, waar zijn we trots op? Want dat kan ik vervolgens mee naar bijvoorbeeld Den Haag nemen. Wat ik heb gezien bij al die faculteiten, zoveel pareltjes van onderzoeken. Dan denk ik: dat ik hier mag werken, top.”

Één reactie

  1. Waarom toch steeds weer de vergelijking met de Oekraïne? Toen de Russen dat land binnenvielen stond Nederland massaal achter de Oekraïners, ook op de universiteiten. Het was dus niet meer dan logisch dat die daar in mee gingen. Het duidelijke standpunt van de EU en de Nederlandse regering hielp hierbij.

    Over het conflict tussen Israël en de Palestijnen heerst verdeeldheid onder de bevolking. Veel mensen willen geen partij kiezen. Een universiteit die wel partij kiest zorgt voor een tweedeling en is geen veilige plek meer voor iedereen.

Reageren?

Houd je bij het onderwerp, en toon respect: commerciële uitingen, smaad, schelden en discrimineren zijn niet toegestaan. Reacties met url’s erin worden vaak aangezien voor spam en dan verwijderd. De redactie gaat niet in discussie over verwijderde reacties.

Velden met een * zijn verplicht
** je e-mailadres wordt niet gepubliceerd en delen we niet met derden. We gebruiken het alleen als we contact met je zouden willen opnemen over je reactie. Zie ook ons privacybeleid.