Het begint zo langzamerhand een traditie te worden: als het academisch jaar geopend wordt, is er protest.
En als de minister van Onderwijs dan ook nog eens komt spreken, zoals aan de VU vanmiddag, dan is het helemaal prijs. De leden van Rood, de politieke jongerenorganisatie van de SP, stonden Jet Bussemaker dan ook op te wachten voor de aula met een spandoek.
Ze maken zich zorgen over de groeiende ontoegankelijkheid van het onderwijs voor jongeren uit armere milieus. Merel Stoop (op de foto in het midden, student taalwetenschap uit Nijmegen die vorig jaar een paar vakken aan de VU volgde) zegt: “De afschaffing van de basisbeurs schrikt sommige jongeren af. Je ziet dat de ongelijkheid in het onderwijs toeneemt. Daarover willen we met de minister in gesprek maar ze wil niet met ons praten.”
Meer dan basisbeurs
Bussemaker zelf zegt even later in haar toespraak de toegankelijkheid van het onderwijs een van de belangrijkste issues te vinden, maar ze is het niet eens met de kritiek dat die door de afschaffing van de basisbeurs in het nauw komt. “De studenten die het het hardst nodig hebben, krijgen juist meer dan vroeger. Een kwart van de studenten krijgt een aanvullende beurs en dat is meer dan de basisbeurs”, zei de minister.
Ze was eerder vandaag al langs een mbo- en hbo-instelling geweest om daar het studiejaar te openen en had de hele dag zes studenten van deze instellingen mee als speciale gasten. Hun verhalen, vooral die van de VU-studenten Jeroen en Hafza die van het mbo en het vmbo waren opgeklommen, moesten juist laten zien dat doorstuderen wel kan, maar dat je wel zelf je kansen moet grijpen.