Achttien minorstudenten gaan op de thee bij auteur Niña Weijers (rechts op foto). Zij praten over haar roman ‘Kamers antikamers’, waarin zij zich bevrijdt van andermans verwachtingen.
Vrije Schrijver Arnon Grunberg koos vier auteurs uit om te bezoeken met zijn minorstudenten. Weijers is de vierde die hen thuis ontvangt. Grunberg stelt zich bescheiden op in zijn rol als coördinator. Hij gaat rustig de kring af en noemt de studenten feilloos bij hun voornaam om hen vervolgens de gelegenheid te geven ieder minstens één vraag te stellen aan Weijers.
Was u niet heel zenuwachtig toen dit boek uitkwam? Ook gezien de vele prijzen die uw debuutroman De consequenties heeft gekregen. De hooggespannen verwachtingen? “Was ik gespannen, Arnon?” “Nee, vrij relaxed”, zegt hij. En dit is het enige moment waaruit blijkt dat zij elkaar goed kennen, meer dan goed. Afgelopen zomer vertelde Weijers in het tv-programma De slimste mens dat zij een liefdesrelatie met hem heeft. Verder is dit natuurlijk geen onderwerp van gesprek op deze woensdagmiddag in december.
Meerdere levens
Terug naar Kamers antikamers. Waar slaat de titel op? “Die verwijst naar de zes verhalen die ik vertel en die aan elkaar geregen moesten worden.” Weijers schrijft onder meer over een stabiele relatie met een man, een vrijgezellenleven met affaires, een leven als alleenstaande moeder met kookeiland en ‘etentjes waar geen onvertogen woord valt’ en over een heftige relatie met een vrouw, in wie we duidelijk Maartje Wortel herkennen.
Het personage M
Waarom noem je haar M in het boek? “Omdat M fungeert als instrument: een extern geweten, een raadgever die het doen en laten van de verteller becommentarieert.” Zoals bijvoorbeeld: ‘Je moet meer naar buiten, zei M. Neem een hond. […] Ga het park in. Loop een rondje. Je kunt niet de hele dag in die koude keuken van je koffiebonen staan malen en naar je buren loeren. Er moet iets gebeuren, die mensen hebben je niet voor niets dat huis gegeven. Straks ben je veertig en nog steeds veelbelovend.’
Het is best verwarrend dat je verhalen zo door elkaar lopen. Waarom kies je daarvoor? “In dit boek sijpelen de werkelijkheden inderdaad in elkaar door, dat wilde ik heel graag. Denk aan tektonische platen die over elkaar heen schuiven. Daarmee wil ik de lezer verwarren, maar ook genoeg houvast geven om te denken: ik stap aan boord en ga mee. Het verhaal dat ik vertel neem ik nooit voor lief, ik wil het onderzoeken. Dat is misschien een gebrek aan mijn kant van het schrijverschap. En tegelijkertijd gaan de boeken die ik goed vind over wat het is om een verhaal te vertellen. Daar zal ik nooit aan ontsnappen.”
Logica in de chaos
Waarom vind je dat zo belangrijk, verhalen onderzoeken? “Zonder verhalen kunnen we niet leven. Je kunt ook niet over je eigen leven nadenken als je er geen verhaal van kunt maken. Maar die verhalen veranderen voortdurend, net zoals mensen. Om in de chaos van het leven toch een soort logica te ontwaren, daar heb je verhalen voor. Het houdt me bezig hoe verhalen ook vervormend of manipulatief kunnen zijn. Wie vertelt welk verhaal?”
Lees de hele reportage in de nieuwste Ad Valvas.