Onafhankelijke journalistiek over de Vrije Universiteit Amsterdam | Sinds 1953
30 december 2024

Campus
& Cultuur

Klimaatverandering stoppen in het klein

Op het moment dat de rondleiding had moeten starten, klettert een gordijn van regen neer op het terrein van de excursie. “We beginnen gewoon binnen”, zegt rondleider Esmee Jiskoot monter. Maar de groep van de VU Amsterdam Summer School is er nog niet. Ze staan, blijkt later, te schuilen onder een brug. “Best gezellig eigenlijk”, zegt docent Oscar Widerberg bij binnenkomst, “dan sta je opeens met elkaar te praten over heel andere dingen.”

Milieupoliticologen Widerberg en Philipp Pattberg hebben hun studenten meegenomen naar De Ceuvel. Dat is een café en werkplek voor creatieve duurzaamheidsondernemers in Amsterdam Noord, en op zichzelf ook een duurzaamheidsexperiment. De studenten volgen het vak Governing Climate Change en analyseren onder andere de overgang naar een duurzame samenleving, precies wat De Ceuvel voor ogen heeft.

Summer School
Op de VU Amsterdam Summer School volgen studenten van over de hele wereld in drie keer twee weken vakken over uiteenlopende onderwerpen. Governing Climate Change gaat over hoe op allerlei niveaus wordt omgegaan met klimaatverandering.

Jiskoot is mede-oprichter van het café De Ceuvel. “Het café gaat over de toekomst van voedsel en duurzame restaurants”, vertelt ze. “Ons eten heeft planten als basis en niet vlees. We hebben bijvoorbeeld echt heerlijke bitterballen, gemaakt van paddenstoelen. Die komen van een kwekerij hier in de buurt, die als grond koffiedik gebruikt van het café.”

Want, vindt De Ceuvel, afval kun je gewoon hergebruiken. Afvalwater gaat door een zogenaamd biofilter van planten en aarde en kan dan schoon de grond in. Mensen plassen en poepen in een composttoilet, wat na twee jaar gebruikt kan worden als compost voor de tuin. Water waar vissen in zwemmen wordt gebruikt als mestwater voor eetbare planten en kruiden voor het café. Die filteren op hun beurt de mest uit het water, waardoor het weer schoon terug kan naar de vissen.

De groep loopt over de slingerende steiger tussen de woonboten die bij De Ceuvel op het land getrokken zijn: de kantoren van de creatieve en duurzaamheidsondernemers. “De uitdaging voor De Ceuvel was om hier iets creatiefs en duurzaams te doen, zonder in de grond te graven”, vertelt Jiskoot. De grond is namelijk ernstig vervuild door alle zware metalen en olie die erin terechtgekomen zijn in de tachtig jaar dat het gebied een scheepswerf was. Zodra je dieper graaft dan een halve meter komt de troep naar boven. Dus geen heipalen, geen huizenbouw en ook geen riolering.

Ceuvel Greenhouse

De Ceuvel Greenhouse

Als Jiskoot over de planten en bomen tussen de steiger en boten vertelt, kijken de studenten vol bewondering naar het groen. “De planten maken de grond schoon”, zegt ze. “We experimenteren met soorten planten om het gebied schoner achter te laten dan toen we hier kwamen.” Els Bekaert, een promovendus uit Gent, wil er alles over weten. “De bomen halen de olie uit de grond en de andere planten de zware metalen”, zegt Jiskoot. Bekaert verbaast zich over de bomen die in vijf jaar zo enorm gegroeid zijn. “Het is leuk om extra planten in de tuin te zetten, maar mensen kijken daarbij toch vooral naar de korte termijn. Dan is het goed om te weten wat snel groeit”, zegt ze.

De Canadees-Afrikaanse Michael Davies-Venn ziet een kloof tussen hoe het werkt in de praktijk en de ideeën vanuit wetenschappelijk onderzoek. Hij is momenteel als milieubeleidsanalist verbonden aan de groep van Pattberg op de VU. “Die composttoiletten zijn een prachtige oplossing om geen riool nodig te hebben, maar zoals de rondleider net vertelde werkt het in de praktijk niet per se overal. Mensen lopen liever niet met een emmer met hun eigen ontlasting ergens naartoe om die te legen.” Bij De Ceuvel gaat het goed, omdat iedereen zo toegewijd is, maar in een stads appartement zal het niet op deze manier werken, denkt ook Jiskoot.

‘Mensen lopen liever niet met een emmer met hun eigen ontlasting ergens naartoe om die te legen’

Op de boot naast het café laat Pattberg de studenten vervolgens nadenken over het belang van experimenteren en de theorie van systeemtransitie. “Vorig jaar stonden de planten in de kas er verlept bij”, zegt hij. “Toen werkte het niet. Maar soms hoef je maar iets kleins te veranderen en heb je opeens een bloeiende, groene tuin. Een plek als deze kan fouten maken en opnieuw proberen. Je weet van tevoren niet hoe het gaat uitpakken, dat is belangrijk om je te realiseren.”

De studenten vragen zich vooral af hoe je alles wat hier werkt ook kunt laten werken in het groot. Bij het bouwen van nieuwe woonblokken of wijken bijvoorbeeld, om bewoners meer te laten delen – hun auto, hun elektriciteit, hun werkplek – en ook hergebruiken. “Het probleem is dat mensen hun gedrag moeten veranderen”, zegt een student. Of ze dat ziet gebeuren? “Ja, in kleine gemeenschappen, maar niet in het groot.”

Met een metafoor probeert Pattberg duidelijk te maken dat De Ceuvel niet alleen gaat over de duurzame en circulaire oplossingen die ze er bedenken. “Met de overgang van de zeilboot naar de stoomboot, veranderde op zich het fenomeen van je voortbewegen op het water niet, maar wel álles eromheen. Een stoomboot maken en varen vergt heel andere kennis en kunde. De Ceuvel gaat niet alleen over een duurzamer systeem, maar ook over welke kennis en vaardigheden nodig zijn om dat nieuwe systeem te laten werken.” Geïnspireerd eten de studenten een paddenstoelenbitterbal in het café en lopen dan in de zon naar een restaurant in de buurt.

Reageren?

Houd je bij het onderwerp, en toon respect: commerciële uitingen, smaad, schelden en discrimineren zijn niet toegestaan. Reacties met url’s erin worden vaak aangezien voor spam en dan verwijderd. De redactie gaat niet in discussie over verwijderde reacties.

Velden met een * zijn verplicht
** je e-mailadres wordt niet gepubliceerd en delen we niet met derden. We gebruiken het alleen als we contact met je zouden willen opnemen over je reactie. Zie ook ons privacybeleid.