Studenten die studievertraging oplopen omdat ze bijvoorbeeld ziek of dyslectisch zijn, maken nauwelijks gebruik van de financiële steun waar ze recht op hebben. Instellingen moeten hen beter informeren, vindt de minister.
Alle universiteiten en hogescholen hebben verplicht een pot met geld voor studenten die om een goede reden vertraging oplopen: het profileringsfonds. Het is onder meer bedoeld voor topsporters, studenten met een bestuursfunctie en studenten die vallen onder de categorie ‘overmacht’; denk aan een zwangerschap of een sterfgeval in de familie, maar ook aan chronische ziekte, psychische problemen of adhd.
Maar studenten met een functiebeperking zijn niet of nauwelijks op de hoogte van dit profileringsfonds, blijkt uit onderzoek van de Onderwijsinspectie. De informatie hierover is slecht te vinden en niet altijd duidelijk. Zelfs decanen en studieadviseurs weten vaak niet dat deze studenten recht hebben op geld uit het fonds.
Beter informeren
Daardoor maken ze er nu weinig tot geen gebruik van, schrijft de Inspectie. Universiteiten en hogescholen moeten hen veel beter informeren en in hun jaarverslag verantwoorden waar ze het geld uit het fonds aan uitgeven.
Minister Van Engelshoven is het daarmee eens, schrijft ze in een brief aan de Tweede Kamer. Ze heeft hierover afspraken gemaakt met de hogescholen, de universiteiten, studentenorganisaties en het Expertisecentrum handicap + studie.
Extra jaar vervalt
Volgens de Inspectie moeten instellingen er rekening mee houden dat er binnenkort meer studenten een beroep zullen doen op het profileringsfonds. Er zijn namelijk meer studenten met een functiebeperking en die kunnen sinds de invoering van het leenstelsel geen extra jaar basisbeurs meer krijgen.
Van Engelshoven, en met haar de hogescholen en universiteiten, denkt dat dat wel meevalt. Studenten met een functiebeperking krijgen namelijk nog steeds een jaar langer een ov-jaarkaart, mogen een jaar langer lenen en hebben soms recht op een aanvullende beurs.