Onafhankelijke journalistiek over de Vrije Universiteit Amsterdam | Sinds 1953
30 november 2024

Campus
& Cultuur

‘Fusies lopen bijna altijd op een mislukking uit’

De VU denkt dat een fusie goed is voor de overlevingskansen van de drie faculteiten Religie en Theologie, Geesteswetenschappen en Sociale Wetenschappen. Op de werkvloer denken ze daar anders over.

Theoloog Willem van Peursen is er niet gerust op. Hij vreest dat zijn faculteit, Religie en Theologie, na een fusie met de faculteiten der Geesteswetenschappen en Sociale Wetenschappen, stilletjes zal verdwijnen. “In Leiden is iets dergelijks gedaan en daar is theologie na vijf jaar wegbezuinigd, en is alleen religiewetenschappen overgebleven.”  

Het plan van het college van bestuur, dat door de decanen van de drie faculteiten wordt gesteund, zet in op een fusiefaculteit met drie afzonderlijke schools voor Religie en Theologie, Geesteswetenschappen en Sociale Wetenschappen. Zo zou de eigen identiteit en herkenbaarheid van de fusiepartners bewaard blijven.  

Maar van Peursen, tevens voorzitter van de facultaire medezeggenschap, de onderdeelcommissie (ODC), is bang voor “religiestress” binnen de nieuwe fusiefaculteit. Bij Geesteswetenschappen en Sociale Wetenschappen zijn er ook mensen met een zekere scepsis ten aanzien van theologie. Mocht die religiestress ook bestaan bij het nieuwe faculteitsbestuur, dan zou dat slecht nieuws zijn voor de school Religie en Theologie, denkt Van Peursen. 

Geen hakken in het zand 

“Het is niet zo dat we onze hakken in het zand zetten”, aldus Van Peursen. “We zijn niet per se tegen een fusie, maar in het rapport waarin die fusie wordt aanbevolen, missen we een goede risicoanalyse. Ook hebben de opstellers van het rapport de zorgen, die wij in gesprekken met hen hebben geuit, niet volledig opgenomen in hun verslag.” 

Die zorgen, onder andere over de autonomie van Religie en Theologie, draagvlak, sociale veiligheid en de samenwerking met andere theologische instituten in het land, zal Van Peursen tijdens de volgende gespreksronde ter voorbereiding van de fusie, nog eens naar voren brengen.  

Samen met de facultaire studentenraad heeft de ODC een enquête afgenomen onder de medewerkers, waarvan driekwart bang is dat de fusie het voortbestaan van Religie en Theologie bedreigt. “De gevoelens die nog leven na de laatste reorganisatie van onze faculteit spelen daarbij ook nog een sterke rol”, zegt Van Peursen. “Het was een pijnlijke reorganisatie en de situatie was nu eindelijk weer stabiel”, aldus Van Peursen. “Dit nieuwe plan zorgt opnieuw voor onrust.” 

Nostalgie naar de toekomst

Onrust is er niet alleen bij Religie en Theologie. Afdelingshoofden van FSW zijn tegen het plan en in het overleg met de afdelingshoofden van de andere twee faculteiten kreeg organisatiewetenschapper en hoofd van de afdeling Organisatiewetenschappen (FSW) Sierk Ybema, de indruk dat andere afdelingshoofden ook niet positief zijn. “Wij hebben niet één argument gehoord dat overtuigend is. Dat Religie en Theologie gered moet worden? Waarom dan geen beroep doen op de solidariteit van de andere faculteiten om een kleine, kwetsbare faculteit overeind te helpen houden? Als het college van bestuur die fusie wil omdat de toekomst er door de huidige politieke ontwikkelingen somber zou uitzien voor de alfa- en gammawetenschappen en een fusie daarvoor de oplossing zou zijn, regeert het op basis van ongegronde hoop en angst. Het is postalgie: nostalgie naar de toekomst. Dat is geen goede raadgever.” 

Onderzoeken door organisatiewetenschappers wijzen volgens Ybema keer op keer uit dat fusies nooit een succes zijn. “Rond de 70 à 80 procent van alle fusies loopt op een mislukking uit. Vaak blijkt alles veel duurder te zijn dan van tevoren was berekend en de efficiëntie, synergie en bestuurbaarheid waarop wordt gehoopt, blijft meestal uit. De gedachte is: zet mensen bij elkaar en ze gaan alles als vanzelf efficiënt met elkaar regelen. En mensen doen inderdaad hun best, maar de praktijk laat zien dat fusies een hoop gedoe geven en een hoop werk, omdat verschillende systemen en werkwijzen op elkaar moeten worden afgestemd. En het eind van het liedje is dat het helemaal niet beter is geregeld, omdat de afstand tussen mensen groter wordt en ze elkaar juist minder goed kunnen vinden. Een fusie moet je doen als het echt noodzakelijk is en anders niet. En dan nog moet je er geld en energie in stoppen om het te laten slagen. Voor deze fusie is er geen noodzaak, geen budget en geen draagvlak. De bedoelingen zijn goed, maar het is gewoon niet zo’n goed idee.” 

Heel raar

De onderdeelcommissie van Geesteswetenschappen wil niet reageren, omdat ze het nog te vroeg vindt. De vicevoorzitter van de studentenraad van die faculteit, Beau van de Graaf, belde wel terug voor commentaar. “Het is eigenlijk heel raar dat de studenten hier helemaal geen medezeggenschap in hebben”, zegt Van de Graaf. “Terwijl de gevolgen voor de studenten ook groot zijn. Waar we ons zorgen over maken, is het ruimtegebrek, dat er voor studenten nog minder ruimte zal zijn, en ook dat de sociale samenhang zal afnemen. Er wordt nu goed samengewerkt met allerlei clubs, zoals het Green Team, omdat we elkaar allemaal tegenkomen in de sociale ruimtes en daar veel van elkaar leren.” 

Een ander punt voor Van de Graaf is de vertegenwoordiging in de studentenraad. “In de FSR van Geesteswetenschappen zijn geschiedenisstudenten ruim vertegenwoordigd, ik weet niet precies waarom, geschiedenis is een kleine studie met korte lijnen tussen bestuursleden en studenten, misschien dat daarom de band met de faculteit sterk is. De nieuwe fusiefaculteit zal waarschijnlijk één studentenraad hebben, waarin we worden overvleugeld door de rest.” 

Van de Graaf zegt dat alle studenten, die hij over de fusie spreekt, tegen zijn.  

Stukje bevlogenheid 

Het centrale medezeggenschapsorgaan voor VU-medewerkers, de ondernemingsraad, zit uiteraard bovenop de discussie over de fusie. Vorige week besloot de raad een discussie erover met de vaststelling dat hij, afgezien van de argumenten die de raad niet erg overtuigend vindt, een goed verhaal mist. Ook vindt de OR dat in het rapport, waarin een fusie wordt aanbevolen als beste optie, niet genoeg aandacht is voor de zorgen van medewerkers.  

Dinsdag reageerde rector magnificus Jeroen Geurts tijdens een gezamenlijke vergadering van de OR en het college van bestuur op die kritiek. Hij zei dat wat er nu voorligt, alleen nog maar een “kijkrichting” is. In de zomer wil het CvB een beslissing nemen, na gesprekken met alle betrokkenen op de faculteiten. “Dan nemen we ruimte en tijd om specifiek in te gaan op die zorgen.”  

Geurts benadrukte andermaal dat de meerjarenprognose van de betrokken faculteiten slecht is, al staan ze er nu nog goed voor. “Op termijn zullen de zwarte cijfers rode cijfers worden”, zei hij. “Ik begrijp dat mensen niet willen fuseren, maar als de faculteiten niet fuseren, hebben we straks een groot probleem. Mijn vraag is: “Als je niet wilt fuseren, wat is dán je oplossing?” 

De rector was het met de OR eens dat in het rapport, opgesteld door twee verkenners, de begeestering ontbrak waarmee hij in november het plan voor een fusie had gepresenteerd. Dat ging onder andere over “synergie” en meer mogelijkheden tot samenwerking. De verkenners leggen de nadruk vooral op “technische” argumenten. 

“Maar als CvB mogen wij niet andermans rapport aanpassen.” Hij beloofde in de gesprekken met medewerkers “weer een stukje bevlogenheid terug te zetten.”

‘Voor deze fusie is er geen noodzaak, geen budget en geen draagvlak’

2 reacties

  1. Complimenten voor dit heldere overzicht van wat er momenteel gaande is rondom de fusieplannen, ook op de werkvloer (inclusief de stemmen van studenten). De zorgpunten die Van Peursen en Ybema verwoorden lijken mij uiterst reëel. Ben zeer benieuwd hoe de decanen c.q. het CvB die zorgen denken weg te kunnen weg.

Reageren?

Houd je bij het onderwerp, en toon respect: commerciële uitingen, smaad, schelden en discrimineren zijn niet toegestaan. Reacties met url’s erin worden vaak aangezien voor spam en dan verwijderd. De redactie gaat niet in discussie over verwijderde reacties.

Velden met een * zijn verplicht
** je e-mailadres wordt niet gepubliceerd en delen we niet met derden. We gebruiken het alleen als we contact met je zouden willen opnemen over je reactie. Zie ook ons privacybeleid.