Met wetenschappelijk onderzoek, kennisclips en een conferentie hoopt Younous het onderbelichte VN-arbeidsmigrantenverdrag in de spotlight te zetten. Het verdrag, officieel het Internationale Verdrag ter bescherming van alle arbeidsmigranten en hun gezinsleden, is een van de negen verdragen die de VN telt en misschien wel de minst geliefde. Waar het mondiale Zuiden het arbeidsmigrantenverdrag heeft geratificeerd, zoals de meeste landen in Afrika, Azië en Zuid-Amerika, geldt dat niet voor het mondiale Noorden. Landen zoals Amerika, Canada, het Verenigd Koninkrijk en de EU-lidstaten hebben het verdrag nog niet ondertekend en dat heeft alles te maken met de aard van het verdrag.
Rechten voor ongedocumenteerden
Want wat het verdrag volgens Arbaoui zo uniek maakt, is dat het ongedocumenteerde arbeidsmigranten rechten geeft. “Neem bijvoorbeeld een migrant zonder verblijfsvergunning die in Amsterdam in een horecazaak werkt. Die heeft met dit verdrag recht op gelijke behandeling qua beloning en andere arbeidsvoorwaarden, zoals werkuren, betaalde vakantie en gezondheid. Het verdrag zegt eigenlijk: zolang ze in een land zijn, er werken en dat land ze (nog) niet kan uitzetten, moeten ze rechten krijgen om uitbuiting te voorkomen.”
Over het VN-comité
Het CMW is een toezichtcomité van de Verenigde Naties dat bestaat uit onafhankelijke experts die samenwerken aan de bescherming van de rechten van de miljoenen arbeidsmigranten over de hele wereld. Arbeidsmigranten en hun gezinnen hebben vaak te maken met slechte leef- en werkomstandigheden, uitbuiting en uitzetting. Het CMW controleert hoe staten de VN-verdragen implementeren en de mensenrechten van migranten beschermen.
Een ander belangrijk punt van het verdrag is dat het land van herkomst verplicht is om samen te werken met het gastland in het kader van de terugkeer van ongedocumenteerde arbeidsmigranten. “De EU-lidstaten hebben de misvatting dat ongedocumenteerden door het verdrag alleen maar meer rechten krijgen en dat irreguliere immigratie daardoor zal toenemen. Terwijl het juist andersom kan werken, omdat het verdrag regulatie en samenwerkingen tussen landen bevordert om de irreguliere immigratie aan banden te leggen.”
Meer bewustwording
Arbaoui reisde afgelopen maand naar het VN-hoofdkantoor in Genève om een zogeheten Memorandum of Understanding te ondertekenen, die de samenwerking tussen de rechtenfaculteit van de VU en het VN-comité formaliseert. Arbaoui en zijn afdeling Amsterdam Centre for Migration and Refugee Law gaan onder meer wetenschappelijk onderzoek doen naar de toegevoegde waarde van het arbeidsmigrantenverdrag voor Nederland en de EU. Verder is Arbaoui van plan om samen met het VN-comité workshops te organiseren en in juni dit jaar komt er een grote conferentie op de VU.
“Daarnaast willen we studenten van de master International Migration and Refugee Law betrekken bij dit onderwerp. We zijn bijvoorbeeld bezig met het maken van kennisclips over het verdrag, waarin studenten uitleggen wat het verdrag precies inhoudt. De eerste clip staat nu op de website van de VU. Verder zijn we bezig om stageplekken op te zetten bij het VN-comité in Genève.”