Wil je een tweede master doen, dan kun je het best verhuizen naar Nijmegen. Aan de Radboud Universiteit is het instellingscollegegeld het laagst van alle universiteiten.
Studenten die al een masterdiploma hebben en nog een master willen doen, of nog een bachelor met al een bachelordiploma op zak, betalen het instellingscollegegeld. Dat is doorgaans duizenden euro’s hoger dan het wettelijke collegegeld, waar de overheid aan meebetaalt.
Bèta duurder
De instellingstarieven verschillen per universiteit. Aan de Radboud Universiteit kost een tweede alfa- of gammamaster volgend collegejaar in de meeste gevallen 9.232 euro. Een bètamaster is iets duurder: 10.137 euro.
Ter vergelijking, aan de VU zijn de tarieven volgend collegejaar 10.500 (alfa), 13.400 (gamma) en 12.000 euro (bèta). De VU is daarmee een middenmoter. De duurste universiteit voor een tweede alfa- of gammamaster is Leiden. Die kost daar maar liefst 14.700 euro. Bètastudies zijn met 19.100 euro het duurst aan de Universiteit van Amsterdam.
Joint degree
Hoe zit het dan met de joint degree-opleidingen die de UvA en de VU samen aanbieden? “Voor die opleidingen zijn de tarieven van de UvA en de VU hetzelfde”, antwoordt Ad Verkleij, beleidsmedewerker bij Student- en Onderwijszaken. “Het tarief is per opleiding vastgesteld en over het algemeen geldt dat ze dichtbij het VU-tarief zitten.”
Update
De hoge instellingstarieven van de TU Delft en TU Eindhoven gelden alleen voor studenten die niet uit de EU plus een aantal andere Europese landen komen. Europese studenten betalen ook als ze een tweede master doen het wettelijke tarief van €1.984.
Een overzicht van alle collegegeldtarieven staat op de website studie-kosten.nl.