Ruim 3,5 miljoen euro ontvingen onderzoekers van Nederlandse universiteiten afgelopen jaar van de Europese onderzoeksraad ERC voor de praktische vertaling van hun wetenschappelijke inzichten.
Met in totaal 24 van deze proof of concept-beurzen eindigt ons land op de tweede plaats. Alleen het Verenigd Koninkrijk wist met 34 beurzen meer geld te bemachtigen dan Nederland.
Aan de VU kreeg hoogleraar orthopsychopathologie Pol van Lier dit jaar zo’n beurs. Hij wil met zijn onderzoek kinderen helpen bij hun overstap van de basisschool naar de middelbare school, en dan specifiek kinderen die gepest zijn op de basisschool of slechte ervaringen hebben gehad met een leerkracht.
Pesten
“Kinderen die gepest werden op de basisschool, worden vaak ook gepest op de middelbare school”, zegt Van Lier. “Dat moet wel deels komen door het gedrag van die kinderen zelf, want het is een totaal nieuwe omgeving, met allemaal andere mensen – zonder overigens daarmee het pesten goed te praten.”
Om die kinderen te helpen, ontwikkelt hij nu een serious game die hen kan trainen in prosociaal gedrag: geïnteresseerd zijn in je medescholieren, positieve interactie aangaan. “Hun negatieve ervaringen zijn een valkuil. Onze game presenteert andere manieren om met situaties om te gaan.”
Maatschappelijk
De proof of concept-beurzen zijn voor wetenschappers die eerder subsidie van de ERC ontvingen, om te verkennen of er commerciële of maatschappelijke toepassingen voor hun onderzoek te vinden zijn.
In 2019 heeft de ERC 200 beurzen toegekend, voor een totaalbedrag van 30 miljoen euro. Van alle aanvragen werd 40 procent gehonoreerd.