Corona dwingt docenten om hun onderwijs opeens online aan te bieden. Hoe lossen ze dat op? In deze eerste aflevering laat gezondheidseconoom Xander Koolman zien waar hij tegen aanliep. ‘De universiteit moet dit niet als een vanzelfsprekendheid gaan zien’
Toen vorige week opeens alle universiteiten en hogescholen dichtgingen, werd er van docenten opeens verwacht dat ze hun colleges online zouden gaan geven. Alleen hebben de meesten dat nog nooit eerder gedaan. Gezondheidseconoom Xander Koolman, hoofd van de sectie Gezondheidseconomie, meldde zondag trots op Twitter dat het eerste college van zijn sectie online staat.
Tekentablet aangeschaft
“Maar we zijn nog aan het leren”, zegt hij aan de telefoon, want hij werkt thuis. “Gaandeweg lossen we allerlei problemen op.” Voor het college dat net online staat, hield dat onder andere in dat er gezocht moest worden naar speciale hardware. “We hebben op Bol.com een speciaal tekentablet gevonden waarmee we wiskundige vergelijkingen kunnen uitschrijven en grafieken kunnen tekenen, want dat lukt niet met een muis of trackpad. In de collegezaal teken je bijvoorbeeld de raaklijn van een curve en laat je zien hoe je met behulp van vergelijkingen het optimum bepaalt. Dat digitaal doen was voor ons nog een probleem.”
Er zijn studenten, en zelfs medewerkers, die geen computer thuis hebben
Ook maakt Koolman zich zorgen over wat studentenportal Canvas aankan, waar de docenten hun online-materiaal uploaden. “Ons gefilmde college is 750 mb en dan is de Canvas ruimte per vak zo overschreden. Ik houd mijn hart vast voor wat er gebeurt als straks iedereen zijn filmpjes op Canvas zet. Een uitwijkmogelijkheid is YouTube. Daar kun je ook de toegang beperken tot alleen je eigen studenten, maar ik zou het ook wel mooi vinden als we die colleges voor iedereen toegankelijk maken.”
Problemen getackeld
Koolman en zijn team hebben ontdekt dat het aantal megabytes van een filmpje kan worden verkleind door alleen audiocommentaar aan de powerpoint-presentatie toe te voegen. “En de versie van Powerpoint die de VU aanbiedt kan ook niet veel meer, dus dat is dan weer een voordeel van het werken met verouderde software. Lastiger is het voor medewerkers zonder laptop, of met een ‘groene’ laptop waarop zij de benodigde software niet kunnen installeren.”
Toen die problemen waren getackeld, bleek het filmpje in een format te zijn gezet waarmee sommige studenten niet uit de weg kunnen, dus dat moest ook weer worden omgezet. “En als je me volgende week belt, zijn er weer nieuwe dingen waar we een oplossing voor hebben moeten zoeken. We ontwikkelen nu werkcolleges, waarbij je als docent al je studenten moet kunnen zien, daar is weer speciale software voor nodig en een behoorlijke bandbreedte die niet alle studenten hebben. Daar zoeken we nu een oplossing voor.”
Het is hard gegaan sinds vorige week, toen Koolmans studenten nog moesten lachen dat hij ze ver van elkaar liet zitten in de collegezaal, zoals bij een tentamenopstelling, en dat hij zijn handen ontsmette. “Ik gebruikte het coronavirus om de economische theorie mee uit te leggen, maar studenten maakten zich nog geen zorgen.”
Werkdruk opvoeren
Koolman is trots op zijn eerste online college maar hij heeft even getwijfeld voordat hij het op Twitter wereldkundig maakte. “Want ik vind dat de universiteit dit niet als een vanzelfsprekendheid moet gaan zien, en dat we van elkaar verwachten dat alle docenten dit zo even op deze manier oplossen.”
Online-colleges zijn een noodoplossing, maar niet alles kan digitaal. “Interviewtechnieken, presentatietechnieken, laboratoriumvaardigheden, experimenten, die zijn niet zomaar via het internet aan te leren”, aldus Koolman. Ook gaat er online veel verloren van de dynamiek van een echt college, vindt hij. “Je hebt docenten die een studiootje hebben en gelikte filmpjes maken die jaren meekunnen. Dan is een eenmalige grote tijdsinvestering te verantwoorden, maar wij spelen graag in op de actualiteit. Ook is het belangrijk om meteen te kunnen reageren op vragen en opmerkingen van studenten.”
De ruimte om ons onderwijs aan de omstandigheden aan te passen hebben we formeel nog niet
“Onder normale omstandigheden kun je, als je online-colleges aanbiedt, van je medewerkers en studenten verwachten dat ze bepaalde hard- en software hebben aangeschaft, maar dat is in deze situatie niet redelijk”, zegt Koolman. “Nu moeten ze van de ene op de andere week vanuit hun huis hun colleges volgen en er zijn studenten, en zelfs medewerkers, die geen computer thuis hebben.”
Meer flexibiliteit
Ook laat de huidige crisis volgens Koolman zien dat er meer flexibiliteit nodig is, niet alleen bij de docenten maar ook bij de “examencommissies, de visitatiecommissies, universiteitenkoepel VSNU en het ministerie van Onderwijs.”
“Nu er door ziekte docenten uitvallen en bepaalde vakken niet gegeven kunnen worden, kan er niet worden voldaan aan de eindtermen en kunnen we geen eindtoets bij onze studenten afnemen”, aldus Koolman. “Zelf heb ik te maken met een zieke docent en zou ik het college willen vervangen door iets waar ik zelf al een beetje kennis van heb, misschien wel de gezondheidseconomie van Corona. Maar de ruimte om ons onderwijs aan de omstandigheden aan te passen hebben we formeel nog niet. Dat is stress waar we zonder kunnen.”