De ondernemingsraad komt om in het werk en dat dreigt zijn tol te eisen. Twee OR-leden zitten ziek thuis en meer collega-raadsleden dreigen “om te vallen”, zoals iemand het gisteren formuleerde in een vergadering van de OR.
Met het vertrek van een derde OR-lid, die een baan bij de Hogeschool van Amsterdam heeft geaccepteerd, is de ondernemingsraad inmiddels zwaar onderbezet. Omdat het bij de twee zieken om wetenschappelijk personeel gaat, raakt de verhouding tussen wetenschappelijk en ondersteunend personeel weer zoek.
OR-voorzitter Henk Olijhoek vreest bovendien dat bij de volgende OR-verkiezingen, weliswaar pas over anderhalf jaar, te weinig beschikbare kandidaten zullen zijn.
De OR heeft dit probleem al aangekaart bij het college van bestuur, maar dat opperde volgens Olijhoek dat de raad bepaalde zaken dan maar niet moet behandelen en het bestuur meer moet vertrouwen. Die suggestie gaat de ondernemingsraad in elk geval niet overnemen. “We gaan niet zeggen dat er bepaalde belangrijke dingen maar niet gaan doen omdat we er geen tijd voor hebben”, aldus Olijhoek.
Meer tijd en betere beloning
OR-medewerkers krijgen acht uur per week voor hun werk in de medezeggenschap. Ze krijgen echter steeds meer te doen én moeten hun werk vanwege de coronamaatregelen in lastige omstandigheden doen. “De werkdruk wordt er zo niet minder op”, aldus een raadslid, “en de kans op uitval wordt steeds groter.”
De OR zint nu op een brandbrief aan het college van bestuur, waarin de raad onder meer vraagt om meer tijd en een betere financiële compensatie.