Onafhankelijke journalistiek over de Vrije Universiteit Amsterdam | Sinds 1953
23 december 2024

Campus
& Cultuur

Nieuwe poging voor duurzaamheidsinstituut, nu ook met theologen en psychologen

Het is niet de eerste keer dat VU-wetenschappers die zich bezighouden met duurzaamheid zich organiseren in een netwerk. Maar deze keer gaat het wel lukken, omdat er écht behoefte is aan samenwerking, verwachten de initiatiefnemers.

Niemand weet precies hoeveel onderzoekers zich aan de VU bezighouden met duurzaamheid. Milieubeleidsonderzoeker Nicolien van der Grijp is al een poosje bezig met inventariseren, ze heeft inmiddels een lijst met zo’n 150 hoogleraren en postdocs die iets met het onderwerp doen, maar nog bijna dagelijks melden zich wetenschappers die niet op de lijst staan. En als een overheidsinstelling of bedrijf de VU zou bellen met een vraag op het gebied van duurzaamheid, is de kans groot dat niemand weet bij wie zij/hij terechtkan. Terwijl Science for Sustainability een van de speerpunten is in het instellingsplan, zijn de onderzoekers die zich met dat onderwerp bezighouden nauwelijks georganiseerd en weten ze van elkaar vaak niet wat ze doen.

Netwerk nodig

Hoog tijd voor een netwerk dus, zodat onderzoekers elkaar leren kennen en voor organisaties van buiten helderder wordt wat de VU allemaal doet aan duurzaamheidsonderzoek. En zodat in de toekomst wetenschappers uit verschillende disciplines elkaar wellicht gemakkelijker zullen vinden om te gaan samenwerken.

Enkele maanden geleden was er al een eerste bijeenkomst, met speeddates om andere onderzoekers te leren kennen, en de aanzet voor een aantal interdisciplinaire projecten. Maar op donderdag 16 mei is de officiële startbijeenkomst van het Amsterdam Sustainability Institute.

Nu echt behoefte

Eigenlijk is het al de tweede keer dat een netwerk, of in VU-termen interfacultair onderzoeksinstituut, wordt opgericht rondom het thema duurzaamheid. In 2011 begon het Amsterdam Global Change Institute, dat een stille dood stierf vanwege de perikelen bij de bètafaculteit. Dat instituut was meer top-down georganiseerd en met name gericht op natuurwetenschappelijk onderzoek. Waarom een nieuw netwerk het dan wel gaat redden? Van der Grijp: “Onder onderzoekers van alle faculteiten is er nu echt de behoefte om samen te werken. De urgentie wordt meer gevoeld. Wij krijgen heel enthousiaste reacties.”

“Interdisciplinaire samenwerking is hard nodig”, denkt Philipp Pattberg, hoogleraar milieubeleid en directeur van het Amsterdam Sustainability Institute. “De problemen waar we de komende decennia als samenleving tegenaan gaan lopen op het gebied van duurzaamheid vragen om een integrale aanpak. We zullen onze hele manier van samenleven moeten omgooien om te kunnen overleven. Dat is niet een puur technologisch, of politicologisch, of economisch vraagstuk. Om de samenleving te kunnen adviseren en van relevante kennis te kunnen voorzien heb je breed georiënteerd onderzoek nodig.” Hij noemt een voorbeeld van zijn eigen onderzoek naar aanleiding van ontmoetingen met andere wetenschappers in het netwerk. Pattberg: “We gaan kijken in hoeverre je boeren kunt bewegen tot meer duurzame keuzes met een boodschap van hoop. Daarvoor werken we samen met theologen. Vaak is de boodschap van milieuwetenschappers een doemscenario. Wij willen kijken wat het effect is van een meer positieve benadering.”

Stilstaan bij avocado’s

Het netwerk heeft al een aantal kleinschalige samenwerkingen gehonoreerd, bijvoorbeeld om samen een onderzoeksvoorstel te schrijven, of een klein onderzoek uit te werken. “Dit is beginkapitaal, daarna moeten partijen op zoek naar grotere subsidies”, zegt Pattberg. Een van de projecten behelst de aanleg van een groen-blauw dak op de aula, waar plantjes komen en meetapparatuur om klimatologische metingen te doen.

Een ander project gaat over de voedselkeuzes en eetpatronen van millennials, mensen geboren tussen 1980 en 2000. “Zij maken duidelijk andere keuzes op het gebied van eten dan eerdere generaties”, vertelt milieu-econoom Julia Blasch. “Zij vinden gezond eten vaak belangrijk, en hebben een hedonistische oriëntatie, gericht op hun eigen geluk. In het algemeen zijn ze goed geïnformeerd over het milieu, maar ze zijn zich niet altijd bewust van de milieuaspecten van hun voedselkeuzes. Neem bijvoorbeeld avocado’s, vaak gefotografeerd als superfood op Instagram. Die hebben het imago dat ze supergezond zijn, maar het kost erg veel water om ze te verbouwen, dus beslist geen duurzame keuze.”

Duurzame millennials

Blasch heeft het onderzoek met een groep wetenschappers opgezet, onder wie een socioloog, biochemicus en een milieugeograaf. Ze hebben net een enquête gehouden onder ruim 300 VU-medewerkers en -studenten om te onderzoeken hoe ze denken over hun voedselkeuzes. “Dit is een eerste, verkennende studie op dit gebied”, zegt Blasch, “als we beter begrijpen hoe millennials keuzes maken, kunnen we ze wellicht bewegen duurzamere keuzes te maken tijdens het doen van hun boodschappen.”

Ook het duurzame of minder duurzame gedrag van wetenschappers en de VU zelf is een onderwerp voor het netwerk. “Het vlieggedrag van wetenschappers bijvoorbeeld”, noemt Van der Grijp. “Er zijn al onderzoekers aan het kijken hoe we dat drastisch kunnen verminderen.”

Groene IT

Groene IT is ook zo’n onderwerp dat meteen op de VU zelf toepasbaar is. Pattberg: “Eerlijk gezegd wist ik helemaal niet dat er op onze eigen faculteit een specialist is op dit gebied. Die heb ik ook dankzij dit netwerk leren kennen.”

Dus, als over zeg twee jaar een overheidsinstantie de VU belt met een vraag over duurzaamheid, dan weten we wel naar welke onderzoeker die moet worden doorverwezen? Pattberg: “Dat hoop ik wel. Het is zeker de bedoeling dat dan meer zichtbaar is wat de VU allemaal doet op het gebied van duurzaamheid.”

Reageren?

Houd je bij het onderwerp, en toon respect: commerciële uitingen, smaad, schelden en discrimineren zijn niet toegestaan. Reacties met url’s erin worden vaak aangezien voor spam en dan verwijderd. De redactie gaat niet in discussie over verwijderde reacties.

Velden met een * zijn verplicht
** je e-mailadres wordt niet gepubliceerd en delen we niet met derden. We gebruiken het alleen als we contact met je zouden willen opnemen over je reactie. Zie ook ons privacybeleid.