De Leidse hoogleraar Richard Gill was aanvankelijk niet geïntereseerd in de affaire rond Karima Kourtit en Peter Nijkamp. Maar door de manier waarop de VU de zaak behandelde, ging hij zich er steeds meer in vastbijten.
“De VU is over de affaire rond het proefschrift van Karima Kourtit op zijn minst misleidend geweest”, zegt de Leidse hoogleraar mathematische statistiek Richard Gill. “De VU heeft steeds geweigerd openheid van zaken te geven en daardoor is de wond gaan etteren.”
Gill wilde zich nooit met de zaak bemoeien. “Ik heb het druk genoeg en weet wel leukere dingen te doen.” Hij was al in een vroeg stadium benaderd door NRC-journalist Frank van Kolfschoten, met het verzoek naar de statistische methodologie te kijken in de eerste versie van het proefschrift van Karima Kourtit. “Het was gewoon bagger, globaal ondeugdelijk, er klopte gewoon niets van.”
Seksistisch en racistisch
Maar toen later de commissie Drenth haar conclusies van het onderzoek naar Kourtits proefschrift naar buiten bracht, zou het alleen gaan om wat problemen met de bronvermelding en het feit dat Kourtits promotor, Peter Nijkamp, co-auteur was van de artikelen in het proefschrift.
“En toen”, zegt Gill, “wist ik dat er dingen werden verzwegen. De discussie ging daarna ook over zelfplagiaat en dergelijke, totaal irrelevant. De discussie had moeten gaan over het feit dat hier fact free science werd bedreven. Over kwantiteit versus kwaliteit. Problemen met de data en met bronvermeldingen en met copy-paste uit artikelen van anderen zijn alleen maar symptomen van een totaal gebrek aan intellectuele inhoud.
Hij is ook niet blij met de manier waarop de zaak in de media werd besproken. Er werd, zelfs in het sjieke NRC Handelsblad, gespeculeerd over een verhouding tussen Kourtit en Nijkamp, het duo kreeg een stortvloed van ad hominems over zich heen en veel berichtgeving was expliciet seksistisch en racistisch. De PVV stelde Kamervragen.
Geen haast
“Maar dat was niet nodig geweest als de VU vanaf het begin eerlijk was geweest”, stelt Gill. En als dat nou maar in het begin was erkend, dan was de schade nog wel te overzien geweest, meent Gill. “Maar toen de anonieme klokkenluider zag dat zijn eerste klacht niet serieus werd genomen, ging hij nog verder in het proefschrift spitten, en kwamen er nog meer fouten boven water.”
Sinds de conclusie van de commissie Drenth, althans, de samenvatting daarvan, want wat er in het volledige rapport staat, weet nog steeds niemand, is het alleen maar erger geworden, vindt Gill. “Van Kolfschooten en ik hadden de data opgevraagd, van een behoorlijk aantal artikelen van Kourtit en Nijkamp en nog meer van ruimtelijke econoom Tüzin Baycan en Nijkamp”, vertelt hij. “Maar niemand zei erbij dat Kourtit in juni zou promoveren, dus dat er haast bij was. Ik heb beloofd om er in juli naar te kijken, omdat ik pas dan weer tijd had. Nijkamp heeft contact met me opgenomen, ik heb hem gevraagd me zijn data te sturen, maar hij wilde die alleen overhandigen in een persoonlijk gesprek en op dat moment zat hij in het buitenland. Oké, dacht ik, ik heb geen haast.”
Kourtits nieuwe promotor, Henk Scholten, zei tijdens de promotie dat de uitspraken van Gill in de Volkskrant hem schokten. Scholten had de data zelf gezien en ze klopten, zei hij.
Kritiek is wereldvreemd
“Ik heb hem gevraagd mij die data te sturen, maar dat wilde hij niet, want ze stonden gewoon online”, aldus Gill. “Maar hallo, ik ben gevraagd om ernaar te kijken, ik heb er niet eens zin in maar ik doe dat dan uit verantwoordelijkheidsbesef, en dan moet ik ze zelf bij elkaar gaan sprokkelen op het Internet, terwijl Scholten ze gewoon kant en klaar in een programmaatje heeft staan?”
Op een gegeven moment was de maat vol voor Gill. “Ik dacht: bekijk het lekker, en heb toen de aanklacht van de anonieme klokkenluider N.N. online gezet. De kritiek op de anonimiteit van de klokkenluider vindt hij getuigen van wereldvreemdheid. “Het is vervelend dat het anoniem moet omdat je als klokkenluider anders je carrière in de waagschaal legt. Dat je niet openlijk met je collega’s kunt communiceren over dit soort problemen.”
Dat Kourtit integer is, wil Gill wel geloven. “Misschien is Nijkamp ook volledig integer. Maar dit gaat niet over de integeriteit van personen. De artikelen deugen niet, de integriteit van de procedure deugt niet. Niet alleen had Nijkamp als co-auteur nooit mogen worden aangewezen als Kourtits promotor, ook in de leescommissie van haar proefschrift zaten co-auteurs en redacteuren. Hoe kan je van zo’n commissie verwachten dat ze kritisch en onafhankelijk is? Hier hebben de decaan en de rector gewoon gefaald.”
VU-rector Frank van der Duijn Schouten: ‘proefschrift voldoet aan alle eisen’
Frank van der Duijn Schouten, rector magnificus van de VU en tevens voorzitter van de promotie van kourtit, reageert op Richard Gill: “De beschuldiging ‘dat de VU op zijn minst misleidend is geweest’ en ‘dat er dingen werden verzwegen’ vraagt om een reactie.”
“De VU heeft in mei 2013 besloten de voor 29 mei geplande promotie van Karima Kourtit uit te stellen op grond van een anonieme klacht. Een ingrijpende beslissing met verstrekkende gevolgen voor de promovenda. Een onafhankelijke commissie heeft naar deze anonieme klacht gekeken en een vertrouwelijk rapport uitgebracht aan het College van Bestuur. Het CvB heeft de aanbevelingen van de commissie integraal overgenomen en een geanonimiseerde samenvatting van het rapport op de website van de universiteitenkoepel VSNU gepubliceerd. Deze samenvatting bevat een getrouwe weergave van de bevindingen van de commissie. De VU volgde hiermee nauwgezet de afspraken die binnen VSNU-verband zijn gemaakt. Op een uitnodiging van de Ombudsman Wetenschappelijke Integriteit van de VU aan de anonieme klager om het vertrouwelijke rapport bij hem in ontvangst te komen nemen, is de anonieme klager niet ingegaan.”
Vermeende datamanipulatie
“‘Het was gewoon bagger, globaal ondeugdelijk, er klopte gewoon niets van’. Hiermee spreekt Richard Gill een oordeel uit over de inhoud van het proefschrift. Het staat uiteraard iedereen vrij een mening te hebben over ieder te verdedigen proefschrift. Het is echter aan Nederlandse universiteiten een goed gebruik dat, bij het besluit een promovendus al dan niet tot de promotie toe te laten, het College van Decanen uitsluitend af gaat op het oordeel van een door haar daartoe ingestelde commissie. Richard Gill maakte van deze commissie geen deel uit.”
“In juni 2014, weer kort voor de nieuw vastgestelde datum van de geplande verdediging van het proefschrift, kwam opnieuw een klacht binnen, van dezelfde anonieme klager, nu over vermeende datamanipulatie. Eerder was deze klacht onder de aandacht van de leescommissie van Karima Kourtit gekomen. Die heeft daarom bij de beoordeling van het nieuwe manuscript hieraan speciale aandacht besteed en zelfs een aparte pre-defense georganiseerd. De commissie oordeelde dat het proefschrift voldeed aan alle daaraan te stellen eisen. Overigens heeft de VU ook deze nieuwe anonieme klacht in behandeling genomen, maar daarvan, op grond van het werk van de leescommissie, het proefschrift uitgezonderd.”
Onjuist gehandeld
“Inmiddels is de VU in gesprek met DANS over het in beheer nemen van de onderliggende data van het onderzoek van Karima Kourtit, zodat deze voor ieder die daartoe behoefte gevoelt voor nadere analyse beschikbaar is.”
“Als de VU onjuist gehandeld zou hebben door een co-auteur van artikelen van de promovenda als promotor aan te wijzen en in de leescommissie wetenschappers te benoemen waarvan sommigen wel eens een artikel samen met de promotor hebben geschreven, zou dat onontkoombaar tot de conclusie leiden dat talloze andere Nederlandse promoties ook op onjuiste wijze tot stand zijn gekomen.”