Het is voor het eerst in jaren dat de veertien universiteiten samen zoveel verlies draaien, zegt EY in zijn jaarlijkse Onderwijsbarometer. En dan moeten de bezuinigingen van het nieuwe kabinet nog komen.
Gestegen kosten
Uit de jaarverslagen over 2023 en uit de bijbehorende financiële vooruitzichten maakt het kantoor op dat instellingen hun spaarpotjes massaal kapotslaan. Vorig jaar maakten ze 100 miljoen verlies, dit jaar waarschijnlijk 250 miljoen. Hoofdoorzaak zijn de gestegen personeels- en huisvestingskosten. De VU boekte in 2023 een positief resultaat van 11,6 miljoen. Daarvoor moest wel 18,7 miljoen worden bezuinigd.
Nu puilden spaarvarkens inmiddels ook wel behoorlijk uit. Universiteiten hebben in de loop der jaren ruim vier miljard euro aan eigen vermogen opgebouwd. Die buffer is tijdens de coronajaren flink gegroeid. Vanwege de krappe arbeidsmarkt lukt het niet overal om de vacatures te vervullen en blijft er geld op de plank liggen.
Gevarenzone
EY denkt dat die gezamenlijke reserve de komende jaren afneemt tot 3,6 miljard euro. Dat is nog steeds geen armoe, maar de ene instelling is de andere niet. Drie tot vijf instellingen moeten opletten dat ze in 2026 niet in de gevarenzone komen, zegt EY. Welke dat zijn zegt het accountantskantoor er niet bij.
De olifant in de kamer is het nieuwe kabinetsbeleid. Het rapport houdt nog geen rekening met de aanstaande bezuinigingen op hogescholen, universiteiten en wetenschappelijk onderzoek. Volgend jaar al wil de minister van Onderwijs 175 miljoen minder naar universiteiten overmaken vanwege een bezuiniging op de starters- en stimuleringsbeurzen.