Minister Robbert Dijkgraaf (D66) aarzelt of hij politicus wil blijven. “Ik ga nu eerst kijken hoe we dit hoofdstuk afsluiten en dan zien we wel wat daarna komt”, zegt hij in een interview met het HOP.
“Ik weet echt niet wat ik precies wil en ga doen”, antwoordt Robbert Dijkgraaf op de vraag of hij minister zou willen blijven, mocht de gelegenheid zich voordoen. In de peilingen staat zijn partij D66 overigens op verlies.
Verschillende stappen
“Ik heb verschillende stappen in mijn carrière gemaakt”, zegt Dijkgraaf, “en dat zijn allemaal verschillende hoofdstukken in een boek, en mijn gevoel is nu dat dit ministerschap en dit kabinet één zo’n hoofdstuk is. Dus ik ga nu eerst kijken hoe we dit hoofdstuk afsluiten en dan zien we wel wat daarna komt.”
Dijkgraaf is theoretisch natuurkundige van wereldfaam. Bij het grote publiek werd hij bekend van zijn meeslepende colleges voor het televisieprogramma DWDD University. Eerder was hij president van wetenschapsgenootschap KNAW en directeur van het vermaarde Institute for Advanced Study in Princeton, waar ook Albert Einstein heeft gewerkt.
“Nederlaag”
Hij is sinds januari 2022 minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in het kabinet-Rutte IV, maar dat is deze zomer gevallen. “Een nederlaag”, aldus Dijkgraaf in het interview. Nu is hij demissionair en kan hij geen nieuw beleid meer uitstippelen.
De kans is klein dat hij nog in de landelijke politiek blijft. “Ik heb mijn hele leven aan onderwijs en onderzoek gewijd en dat blijf ik doen”, zegt Dijkgraaf, “maar in welke vorm? Dat weet ik niet.”
Aanleiding voor het interview is de langverwachte Toekomstverkenning die Dijkgraaf vrijdag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Daarin staan opties en afwegingen voor het onderwijs en onderzoek in 2040.