VU-Antropoloog Sandra Evers redde de levens van kinderen in het dorp Ambalavao in het straatarme Madagascar, terwijl artsen vertwijfeld toekeken hoe die kinderen stierven.
De kinderen dreigden uit te drogen door diarree en twee Franse artsen waren ervan overtuigd dat hun moeders ze expres lieten sterven. Het medicijn dat ze van de artsen kregen, werd namelijk niet gebruikt.
Evers ontdekte dat er sprake was van een ernstig misverstand, veroorzaakt door een totaal gebrek aan kennis van de cultuur van de inwoners van het dorp bij de artsen.
Waterkinderen
Jonge kinderen, ‘zaza rano’ genoemd, wat ‘waterkinderen’ betekent, worden er volgens hun ouders namelijk geacht gedeeltelijk te verdrogen om volwassen te worden.
Dat ze van de artsen water kregen om aan hun kinderen te geven, zagen ze als blijk van de onwetendheid van die artsen.
Wat de artsen echter niet hadden weten duidelijk te maken, was dat in het ‘water’ dat ze de ouders gaven, medicijn was opgelost om hun kinderen te genezen. Toen Evers ze dat had uitgelegd, dienden ze hun kinderen het medicijnwater wel toe.
Verschillende culturen
Het voorval staat beschreven in een wetenschappelijk artikel van Evers en haar twee co-auteurs van de University of British Columbia, Situating Children’s Rights in Cultural Perspectives on Childhood: Intermedial Dialogue. Dat artikel gaat over “intermedial dialogue,” de dialoog tussen vertegenwoordigers van verschillende culturen, met elk hun eigen taal en begrippen.
Evers vertelt het voorval ook in dit filmpje.