Opleidingsdirecteur bachelor gezondheidswetenschappen Lothar Kuijper schrikt van de stress die studenten ervaren.
U kijkt nogal op van het aantal studenten dat zich wegens stress afmeldde voor de pilot A Broader Mind. “Dat is een niet-verplicht vak bij gezondheidswetenschappen. Studenten hoeven niet mee te doen, maar daarvoor moesten ze mij wel een mail met motivering sturen. Ik kreeg zo’n zestig mailtjes, van de helft van alle eerstejaars. Een aantal van die studenten heb ik ook nog gesproken. Sommigen konden niet meedoen omdat ze bijvoorbeeld mantelzorger zijn. Maar er waren ook verschillende studenten die zeiden dat ze al zo’n verschikkelijk veel moeite hadden om hun gewone studiepunten te halen.”
Wat is er met deze studenten aan de hand? “Een aantal was al in gesprek met de studieadviseur of had zelfs psychologische hulp gezocht om met de studiestress om te gaan. Als de helft van de eerstejaars – dat zijn 18- en 19-jarigen – al zo’n last heeft van spanningen vanwege hun studie, dan gaat er iets niet goed.”
Waar komt die stress vandaan? “Binnen de VU hebben we een systeem waarbij studenten vaak bij werkgroepen aanwezig moeten zijn en veel opdrachten moeten maken. Wij dachten dat het een goed idee was om het programma zo vorm te geven. Zelf geef ik statistiek. Ik besef heel goed dat als statistiek niet verplicht was, vooral de mensen komen die bereid zijn om hard te werken. We weten natuurlijk ook dat de studieprestaties opknappen als we studenten actief begeleiden en dwingen om te studeren. Maar we zien niet welke schade het op de achtergrond bij deze jongeren aanricht. De studententijd zou de mooiste tijd van je leven moeten zijn. Maar ik twijfel eraan of dat wel nog zo is.”
Wat is de oplossing? “Hoe we het precies moeten oplossen, weet ik ook niet. Maar ik denk dat het wel belangrijk is dat we studenten een beetje lucht geven. Ik sprak mensen die niet wisten dat je er zelf voor kunt kiezen om vier jaar over de bachelor te doen. Studenten realiseren zich niet dat ze zelf kunnen besluiten wat een optimaal studietempo voor hen is. Deze generatie doet heel veel naast hun studie. Vroeger werkten we een paar uur voor een zakcentje bij de studiefinanciering. Nu neemt werk een groot deel van hun week in beslag. Ook willen ze veel dingen doen die er toe doen. Als universiteit willen we ook dat studenten maatschappelijk betrokken zijn. Dan moeten we ze er ook de tijd voor geven.”