Opleidingen geneeskunde mogen ongeschikte studenten niet zomaar wegsturen. Minister Dijkgraaf gaat de wet ook niet verruimen, laat hij aan de Tweede Kamer weten.
Je moet er niet aan denken om een slechte arts tegenover je te hebben. Niet voor niets duurt de opleiding geneeskunde langer dan andere opleidingen: zes jaar, waarvan twee jaar coschappen (stages). Daarna kunnen de basisartsen zich specialiseren tot bijvoorbeeld huisarts of chirurg.
Toch verdienen sommige artsen hun diploma niet, stellen de examencommissies van de opleidingen geneeskunde. Ze willen ongeschikte studenten makkelijker kunnen wegsturen.
Daar zullen de opleidingen dan zelf voor moeten zorgen, vindt minister Dijkgraaf. Dat blijkt uit zijn antwoorden op schriftelijke vragen van de VVD. Hij is niet van plan de wettelijke mogelijkheden te verruimen.
Strenger toetsen
De opleidingen kunnen hun onderwijs- en examenregeling aanpassen, redeneert de minister. Met andere woorden, ze kunnen studenten strenger gaan toetsen op de vaardigheden die ze als arts nodig hebben. Als het goed is, komt een ongeschikte student dan niet meer over de eindstreep.
Het recht om studenten weg te sturen (ius abeundi) is er alleen voor “zeer uitzonderlijke omstandigheden”, legt de minister uit, bijvoorbeeld bij een ernstige bedreiging van de patiëntveiligheid.
De wet is voorzichtig geformuleerd vanwege de grote gevolgen voor weggestuurde studenten. “Het betreft immers de toegankelijkheid van het hoger onderwijs en het belang van de student om een opleiding al dan niet te kunnen afronden”, schrijft Dijkgraaf. “Daarom is het belangrijk dat instellingsbesturen heel zorgvuldig de verschillende belangen in een individuele casus afwegen bij de toepassing van dit instrument.”
Moeilijker
Ooit was het nog moeilijker om ongeschikte studenten te lozen. Het recht op wegsturen staat pas sinds 2010 in de wet. Het kwam er nadat een activistische pedofiel in 2007 pedagogiek wilde studeren. Hij werd niet toegelaten tot de opleidingen. Toenmalig minister Ronald Plasterk wilde de wettelijke basis voor zulke beslissingen verstevigen.
Maar de opleidingen vinden de procedure moeilijk werkbaar. Ze moeten onder meer aantonen dat de student anderen in gevaar brengt. “Maar als er aanwijzingen zijn dat een student een gevaar zou kunnen vormen, laat je diegene niet met een patiënt alleen”, stelde Fred Petrij, klinisch geneticus en voorzitter van de examencommissie van het Erasmus MC.
Toch gaat Dijkgraaf de wet niet aanpassen. Hij ziet meer in lessen over (en toetsing van) professionaliteit en bepaalde competenties. De opleidingen kunnen ook het aantal tentamenkansen en de geldigheidsduur van tentamens beperken.