Hogescholen en universiteiten zouden een ondernemende houding bij hun studenten moeten aanmoedigen, zei de VVD gisteren in het Kamerdebat over de onderwijsbegroting van het kabinet. Andere partijen reageerden haast allergisch.
Eigenlijk zou de Kamer debatteren over de nieuwe begroting van het ministerie van OCW, maar dat gebeurde gisteravond nauwelijks. Zowel de oppositie als de regeringspartijen spraken liever over hun politieke idealen.
Dennis Wiersma van de VVD brak een lans voor ondernemerschap en noemde de Vrije Universiteit als goed voorbeeld: die wil er meer aandacht aan schenken. Het gaat er heus niet om dat iedereen een bedrijfje opricht. “Het gaat over creatieve en leidinggevende vaardigheden”, zei Wiersma. “Het zou zo mooi zijn als we dat type ondernemende vaardigheden nog meer in het onderwijs aanmoedigen.”
Verplicht vak
Een verplicht vak ondernemerschap voor alle opleidingen, schamperde Jan Paternotte van D66. Wie zit daarop te wachten? “Heel veel docenten worden hier onrustig van: moeten we weer iets extra’s doen, en komt daar geen geld bij?”
Wiersma kreeg het gevoel dat zijn politieke tegenstanders een karikatuur maakten van het idee. Ze zouden geen verwarring moeten zaaien, vond hij. Iedereen kan volgens hem wel wat ondernemende vaardigheden gebruiken, ongeacht de studierichting. “Mensen zeggen: ik ben best benieuwd hoe ik met mijn studie filosofie of psychologie zo meteen die stap maak op de arbeidsmarkt.”
Moet de Tweede Kamer zich überhaupt met de inhoud van opleidingen bemoeien, vroeg Frank Futselaar van de SP zich af. Neem een opleiding als natuurkunde: een hoogleraar of opleidingscommissie weet vast beter dan het parlement hoe die eruit moet zien.
Voorbeelden
Goed punt, vond Wiersma, maar hij wil het onderwijs in die vaardigheden alleen maar aanmoedigen. Er zijn goede voorbeelden en misschien kunnen andere opleidingen daar iets van leren.
Is dit werkelijk het grootste probleem in het hoger onderwijs, wilde Kirsten van den Hul (PvdA) weten. Wetenschappers en docenten hebben volgens haar vooral zorgen over de “torenhoge werkdruk” door alle tijdelijke contracten en de strijd om onderzoeksgeld.
Dat zeiden GroenLinks en de SP ook. “Onderzoekers en docenten komen soms nauwelijks aan hun kerntaken toe”, meende Lisa Westerveld. Haar SP-collega Futselaar sprak zelfs van “het kannibaliseren door instellingen van hun eigen personeel, vooral op de universiteiten”.
Ook Harm Beertema van de PVV dacht dat er wel fundamentelere problemen te behandelen waren. “Moeten we ondernemerschap nou gaan leren uit een boekje?” Hij praatte liever over racisme, diversiteitsbeleid en de vrijheid van meningsuiting die in het onderwijs op het spel zou staan.
Verkiezingen
Kwamen de overheidsfinanciën helemaal niet ter sprake in het debat? Jawel, maar die debatjes gingen vaak over plannen voor na de verkiezingen. Zo wilden veel partijen van elkaar weten wat ze nu eigenlijk met het leenstelsel en de basisbeurs willen doen, en waarom ze nu pas met hun alternatieven komen. Een duidelijke uitkomst hadden die uitwisselingen niet.
Morgen zullen ministers Slob en Van Engelshoven op de vragen van de Tweede Kamer antwoorden.