In het eerste jaar van de coronapandemie is het aantal mensen met geestelijke gezondheidsproblemen zoals depressie en angstgevoelens wereldwijd met 25 procent gestegen. Dat blijkt uit een grote overzichtsstudie die psycholoog Anke Witteveen en de hoogleraren klinische psychologie Marit Sijbrandij en Pim Cuijpers hebben uitgevoerd in opdracht van de Wereldgezondheidsorganisatie. Jonge mensen behoren tot de groepen die extra hard zijn geraakt. Ze voelden zich alleen en geïsoleerd door de lockdown en hadden soms zelfs suïcidale gevoelens.
Dat komt volgens Sijbrandij overeen met de bevindingen in Nederland. In de afgelopen twee jaar zijn er inderdaad diverse onderzoeken uitgevoerd waaruit is gebleken dat jongeren in Nederland geestelijk lijden onder de pandemie. Deze onderzoeken werden achteraf echter steevast bekritiseerd door deskundigen. Begin april was er bijvoorbeeld veel media-aandacht voor een onderzoek van de Tilburg University, dat zou aantonen dat het allemaal wel meevalt voor jongeren. ‘Het is niet leuk geweest, maar dat wil niet meteen zeggen dat jongeren depressief worden of angstig’, zei hoogleraar slachtoffers en mentale gezondheid Peter van der Velden tegen een tv-verslaggever.
‘Het is duidelijk dat er een toename van geestelijke gezondheidsproblemen is, vooral onder jonge mensen’
‘Het onderzoek van Van der Velden is een van de studies die we hebben bekeken’, geeft Sijbrandij aan. ‘Het is een uitstekend onderzoek, maar we zijn in onze eigen studie een stapje verdergegaan door alle beschikbare onderzoeksgegevens te combineren en het is duidelijk dat er een toename van geestelijke gezondheidsproblemen is, vooral onder jonge mensen.’
Coronadip
Maar waarom is er dan blijkbaar de behoefte om de problemen waarmee jonge mensen te maken hebben te bagatelliseren? ‘Die behoefte zie ik niet; dat is gewoon hoe de media werken’, zegt Sijbrandij. ‘Als de ene deskundige iets beweert, schuiven ze graag een andere deskundige naar voren die precies het tegenovergestelde zegt. Maar in het algemeen ben ik van mening dat de media en beleidsmakers beseffen dat er geestelijke hulp nodig is voor jonge mensen die door de pandemie zijn getroffen en ik heb de indruk dat er ook al maatregelen zijn genomen. Ik ben zelf bijvoorbeeld moeder van pubers en die hebben post ontvangen van een lokale instelling met de vraag of ze last hadden van een ‘coronadip’ en hulp nodig hadden. Ook kregen ze advies over wat ze konden doen en bij wie ze terecht konden voor hulp.’
Te veel mensen kunnen nog steeds niet de hulp krijgen die ze nodig hebben, constateren de onderzoekers. ‘Daarom is een grootschalige inzet van effectieve programma’s voor de behandeling van psychische klachten nodig’, zo stellen ze in hun persbericht.
‘De Nederlandse jeugdzorg heeft nu langere wachtlijsten en is minder toegankelijk’
Een andere les die volgens Sijbrandij en Witteveen kan worden getrokken, is dat de overheid, mocht het coronavirus dit najaar weer de kop opsteken, de scholen en universiteiten niet meer moet sluiten. ‘Ik denk echt dat dat een bijzonder problematische maatregel is’, zegt Sijbrandij. ‘Als universitair docent maak ik me zelf ook zorgen over een aantal van mijn studenten die moeite hebben om weer in het ritme te komen nu de campussen weer geopend zijn’, voegt Witteveen toe. ‘Een flink aantal studenten is nog niet teruggekeerd naar de campus en ik vrees dat dit nu juist die studenten zijn die lijden onder het gebrek aan sociale interactie als gevolg van de lockdown.’
‘De druk om de scholen en universiteiten te sluiten was gigantisch in Nederland’, zegt Sijbrandij. ‘Ze gingen hier relatief snel dicht, terwijl bijvoorbeeld in Frankrijk de scholen en universiteiten aanzienlijk langer open zijn gebleven. En ik begrijp de bezorgdheid over scholen als potentiële besmettingsbronnen, maar we moeten de voordelen afwegen tegen de nadelen. Jonge mensen hebben relatief weinig te vrezen van het coronavirus zelf, maar ze zijn het hardst getroffen door de beperkingen vanwege het virus. De maatregelen zijn misschien meer gericht op volwassenen, de werkende bevolking, maar er spelen ook economische en juridische kwesties mee. Ik vind in elk geval dat jonge mensen de laatste groep zouden moeten zijn aan wie beperkingen worden opgelegd.’
Vrouwen, artsen en verpleegkundigen
Vrouwen zijn ook een kwetsbare groep. ‘Mentaal lijden vrouwen altijd meer onder traumatische gebeurtenissen dan mannen’, aldus Witteveen. ‘Hun symptomen zijn ook anders dan die van mannen. Vrouwen kampen vaak met depressie, zorgen en angst. Hoe dat komt? Ze werken relatief vaak in de zorg en thuis, ze hebben vaak dubbele taken, als kostwinner én als moeder/huisvrouw. Tijdens lockdowns zijn ze waarschijnlijk de belangrijkste coördinator van het gezin, bijvoorbeeld door de kinderen te helpen bij het thuisonderwijs. Maar we hebben niet specifiek gekeken wat de oorzaken van hun geestelijke problemen waren, alleen hoe kwetsbaar ze zijn.’
‘De overheid moet scholen en universiteiten niet meer sluiten’
Een groep waarvan je in het bijzonder zou verwachten dat ze met geestelijke gezondheidsproblemen kampen, zijn de mensen die in de zorg werken, zoals artsen en verpleegkundigen. ‘Het probleem is dat er geen longitudinale onderzoeken naar de geestelijke gezondheid van zorgmedewerkers zijn met gegevens van voor de pandemie, waardoor we niet weten of er tijdens de pandemie een toename is geweest’, zegt Witteveen. ‘Dat is wel waarschijnlijk, want een groot aantal van hen heeft tijdens de pandemie ontslag genomen, maar we hebben alleen onderzoek gedaan naar de periode vanaf het begin van de corona-uitbraak tot het voorjaar van 2021. We hebben geen gegevens over de tijd daarna. Daardoor kunnen we ook niets zeggen over long covid, want al het serieuze onderzoek op dat gebied dateert van na die periode. Bovendien is er nog veel discussie over de precieze definitie en symptomen van long covid.’
Psychische klachten voorkomen
Het coronavirus zelf vormt een extra groot risico voor mensen die al een kwetsbare geestelijke gezondheid hadden. ‘Mensen met ernstige psychische klachten, zoals een psychose, vertoonden een ernstiger ziekteverloop als ze het virus opliepen, en hadden een grotere kans op overlijden’, legt Witteveen uit. ‘Hoe dat precies komt, moet nog verder worden uitgezocht, maar een mogelijke verklaring is dat mensen met ernstige psychische klachten vaak met meerdere onderliggende aandoeningen kampen, zoals obesitas en diabetes.’ ‘Ze wonen ook vaak in arme wijken en die vormen een kwetsbaardere omgeving’, vult Sijbrandij aan.
‘Mensen met ernstige psychische klachten vertoonden een ernstiger ziekteverloop.’
Voor de pandemie bestond er wereldwijd al een kloof tussen vraag en aanbod in de geestelijke gezondheidszorg en door de pandemie is die alleen maar groter geworden. ‘In Nederland is de verantwoordelijkheid voor jeugdzorg overgegaan van de centrale overheid op de gemeenten en dat heeft, in combinatie met bezuinigingen, geleid tot langere wachtlijsten en een slechtere toegankelijkheid’, legt Sijbrandij uit.
Sijbrandij en Witteveen zijn van mening dat de stigmatisering van geestelijke gezondheidsproblemen is afgenomen, in elk geval in Nederland. ‘Er is meer aandacht gekomen voor de behandeling van milde symptomen,’ zegt Witteveen, ‘en dat is een belangrijke manier om grotere psychische problemen te voorkomen. Dit mag natuurlijk de toegang tot intensievere gespecialiseerde behandelingen niet in de weg staan.’