Er is geen bewijs dat de Sharif Universiteit in Teheran meewerkt aan de ontwikkeling van een atoombom. Daarom moet de Europese Unie de sancties tegen deze universiteit opheffen, oordelen de rechters van het Europese Hof.
De Verenigde Naties vrezen dat Iran een atoombom ontwikkelt en leggen het land en zijn onderdanen daarom sancties op. Iraniërs mogen niet zomaar atoomfysica komen studeren aan buitenlandse universiteiten en er zijn sancties tegen bedrijven en instellingen die wellicht meewerken aan de komst van een Iraanse atoombom. Van de Sharif Universiteit zijn Europese banktegoeden bevroren.
Bewijs van niks
Maar het Europese Hof veegt de vloer aan met de bewijsvoering tegen Sharif Universiteit. Die kwam te laat en was bovendien onvolledig. Er is een document met vertrouwelijke informatie dat niet openbaar mag worden, maar daar kunnen de rechters geen rekening mee houden, zeggen ze. Het hof verwijt de Europese Commissie een manifest error of assesment.
De Europese Commissie heeft nu twee maanden de tijd om alsnog met dat bewijs te komen. De Iraanse universiteit had geëist dat de sancties onmiddellijk zouden worden opgeheven, maar dat vinden de rechters te snel gaan: het algemeen belang zou bij de sancties gediend kunnen zijn.
Discriminatie
Ook in Nederland zijn rechtszaken gevoerd vanwege de restricties tegen Iraniërs. Die konden worden uitgesloten van technische en natuurwetenschappelijke opleidingen. Dat overkwam zeven van de dertien aanvragers. Discriminatie, vond een actiecomité, dat steun van prominente wetenschappers kreeg.
De Nederlandse Staat doet er alles aan om de beperkingen toch in stand te houden. Nu Nederland geen onderscheid mag maken op grond van nationaliteit, moeten alle studenten en wetenschappers een ontheffing aanvragen om hier kennis van atoomfysica op te doen, ook als ze geen Iraanse achtergrond hebben.