Het is “onhaalbaar” om per september 2026 de langstudeerboete voor trage studenten in te voeren, stellen ambtenaren in een vrijdagmiddag verschenen ‘quickscan’ van het coalitieakkoord.
PVV, VVD, NSC en BBB willen samen een coalitie vormen en hebben een hoofdlijnenakkoord gesloten. Daarin staan fikse bezuinigingen op onderwijs en onderzoek, waaronder dus een langstudeerboete van drieduizend euro voor studenten die meer dan een jaar uitlopen in hun bachelor of master.
Langstudeerboete
Voor die langstudeerboete moet er een wetswijziging komen en studiefinancier DUO moet de systemen aanpassen. Dat gaat allemaal tijd kosten, zodat de besparing sowieso een jaar naar achter schuift, schatten de ambtenaren. Hierdoor valt er een gat van 285 miljoen euro.
Tenminste, als de maatregel inderdaad zoveel bespaart. Door de dreiging van een boete gaan studenten eerder afstuderen. Dan betalen ze die boete niet en levert het de overheid dus ook minder op. Verder hebben de partijen de uitvoeringskosten nog niet meegenomen in hun berekeningen.
Maar misschien wordt de besparing toch gehaald, denken de ambtenaren. Want andere studenten – die niet tot de langstudeerders behoren – zullen naar verwachting nóg sneller hun diploma behalen en dat maakt het hoger onderwijs goedkoper.
Bijkomend probleem: de effecten zijn lastig te schatten, terwijl onderwijsinstellingen hun financiering deels op basis van schattingen ontvangen. Het is een beetje technisch, maar er is een gevaar dat ze straks dubbelop worden gekort. Om dit te voorkomen, moeten er speciale afspraken worden gemaakt met het ministerie van Financiën.
Buitenlandse studenten
Het aanstaande kabinet wil bovendien 293 miljoen bezuinigen door minder internationale studenten toe te laten. Dat wordt ingewikkeld, menen de ambtenaren. “Sturen op instroom van EER-studenten mag niet volgens Europees recht.”
Dat wil het kabinet oplossen door op anderstalige trajecten een numerus fixus mogelijk te maken. Nederlandse studenten houden dan toegang via het Nederlandstalige traject. De ambtenaren twijfelen kennelijk of dit stand houdt bij de rechter.
“De taalmaatregelen in het wetsvoorstel kunnen effect hebben op de instroom”, noteren ze, “maar dit is wederom onzeker/lastig te voorspellen.”
Over de internationalisering wil de coalitie ‘bestuurlijke afspraken’ maken met universiteiten en hogescholen, maar gaan die echt hun best doen? Volgens de ambtenaren wordt het moeilijk, “aangezien hogescholen en universiteiten hier geen directe baat bij hebben”.
De uitleg staat er niet bij, maar de onderwijsinstellingen krijgen geld voor elke student die ze binnenhalen. Bovendien hebben ze allicht een andere opvatting dan het kabinet over nut en noodzaak van internationalisering.
En mocht het toch lukken, hoe snel komen de besparingen dan? De vier nieuwe coalitiepartijen zien al een opbrengst in 2026, maar de ministeries van Onderwijs en Financiën verwachten het effect pas later.
Studentenwoningen
Ambtenaren van Binnenlandse Zaken zien overigens wel kansen in het beperken van de internationale instroom. Ze merken op dat die instroom in vijftien jaar tijd is “verdrievoudigd” en “voor een belangrijk deel bijdraagt aan het huidige tekort aan studentenwoningen”.
Ze hopen daarom dat de coalitiepartners de gemeenten erbij betrekken wanneer ze bestuurlijke afspraken gaan maken met hogescholen en universiteiten. Gemeenten zijn vaak verantwoordelijk voor het huisvesten van buitenlandse studenten, maar de ambtenaren zouden die verantwoordelijkheid meer naar de onderwijsinstellingen willen schuiven.
Ov-kaart
Nog een maatregel die waarschijnlijk een jaartje gaat opschuiven: Nederlandse studenten krijgen straks geen vergoeding meer voor hun ov-studentenkaart als ze in het buitenland studeren. (Het idee was tot nog toe: je hebt niks aan je studenten-ov als je in het buitenland zit, dus dan kun je er geld voor in de plaats krijgen.) Gezien de nieuwste ramingen levert dit volgens de ambtenaren geen 30 miljoen euro per jaar op, maar slechts 24 miljoen euro.
Sectorplannen
Bij de bezuinigingen op de sectorplannen (215 miljoen euro per jaar) voorzien de ambtenaren minder problemen met de uitvoering. Er is althans geen nieuwe wetgeving voor nodig; er moet alleen een bestuursakkoord worden aangepast.
En verder…
Het zou nog erger kunnen worden. “Daarnaast betekenen de nieuwe begrotingsregels en ambitieuze plannen tot besparingen (bijv. op de EU-afdrachten) additionele risico’s voor de OCW-begroting”, noteren de ambtenaren. Maar daar is nog geen peil op te trekken.