Onderwijsinstellingen moeten de risico’s voor hun kennisveiligheid scherper analyseren, vindt de Tweede Kamer. Maar een motie om Chinese studenten en onderzoekers uit alle ‘gevoelige’ kennisdomeinen te weren, haalde het niet.
In politiek Den Haag groeit de angst dat kwaadwillende buitenlandse mogendheden misbruik maken van Nederlandse wetenschappelijke kennis. Vooral over China zijn er zorgen, bijvoorbeeld na onthullingen over de TU Delft en het Chinese leger, en over de schimmige financiering van een mensenrechtencentrum aan de Vrije Universiteit Amsterdam.
In februari kondigde minister Dijkgraaf aan dat de toezichtsraden van universiteiten en hogescholen moesten gaan controleren of de bindende afspraken over kennisveiligheid daadwerkelijk worden nageleefd.
In juni haalde hij de teugels wat strakker aan: de naleving moest extern gecontroleerd worden en zouden landelijke richtlijnen voor het toetsen van buitenlandse wetenschappers die toegang willen tot ‘risicovakgebieden’ – denk aan technische nucleaire studies.
Niet genoeg
Maar Kamerlid Hatte van der Woude (VVD) was bang dat niet alle onderwijsbestuurders voldoende doordrongen waren van het belang van kennisveiligheid. Samen met het CDA vroeg ze de minister twee weken geleden om de instellingen scherpere risicoanalyses te laten maken en die goed extern te laten controleren. De motie werd dinsdagmiddag vrijwel unaniem aangenomen.
Een motie van Forum voor Democratie om Chinese studenten en onderzoekers te weren uit alle gevoelige kennisdomeinen haalde het niet. Alleen PVV, SGP, Fractie Den Haan en BBB stemden voor.