Voor studenten wordt alles duurder, vooral de huur en het collegegeld. Zelfs de aanvullende beurs kan het verlies aan koopkracht niet goedmaken, waarschuwt het Interstedelijk Studenten Overleg.
De huren stijgen al jaren en de boodschappen kosten ook iets meer. Daarnaast bedraagt het collegegeld volgend jaar ruim tweeduizend euro, oftewel driehonderd euro meer dan in 2011.
Het Interstedelijk Studenten Overleg ziet het met lede ogen aan. Hoe je er ook tegenaan kijkt, meent de studentenorganisatie, het wordt gewoon duurder om te studeren en dat werpt een drempel op voor jongeren uit arme gezinnen.
Koopkracht omlaag
De koopkracht van wo-studenten gaat 1,27 procent omlaag, staat in de ISO-analyse. Als ze een aanvullende beurs hebben, is dat 1,17 procent. Onder hbo-studenten gaat het om een daling van 0,81 en 0,73 procent.
Ze gaan er meer op achteruit dan gepensioneerden en uitkeringsgerechtigden. Werkenden zien hun koopkracht zelfs iets toenemen.
Vroeger ging de basisbeurs voor studenten met de inflatie omhoog. Maar de basisbeurs is wegbezuinigd, dus die kan ook niet meer stijgen. Studenten moeten hun koopkrachtverlies zelf opvangen, bijvoorbeeld met hogere leningen of grotere bijbanen.
Stijgende huurprijzen
Het ISO doet aanbevelingen om het verlies te dempen. Zo moet de aanvullende beurs rekening houden met de stijgende huurprijzen en het collegegeld zou gedurende een hele studie gelijk moeten blijven.
Kijk bovendien welk effect de stijgende studieschulden hebben op de hypotheekmarkt, voegt het ISO eraan toe. Want voormalige studenten kunnen straks misschien minder makkelijk een huis kopen als ze een hogere studieschuld hebben.
Op de derde dinsdag van september presenteert het kabinet de begroting voor 2017. Dan zal ook duidelijk worden of het iets aan de koopkracht van studenten wil doen of niet.
De studenten zelf lijken zich niet veel zorgen te maken over geld. Lees hier wat een aantal eerstejaars tegen Advalvas te zeggen had over geld.